ECLI:NL:GHAMS:2016:287

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 januari 2016
Publicatiedatum
1 februari 2016
Zaaknummer
200.149.410/01-04 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake deponering onderzoeksverslag en ter inzage voor belanghebbenden in ondernemingsrechtelijke zaken

Op 27 januari 2016 heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam een beschikking gegeven in de zaken met de nummers 200.149.410/01 OK en 200.149.410/02 OK, waarin verzoekers, vertegenwoordigd door mr. J. Fleming en mr. B.M. Katan, een verzoek hebben ingediend tegen de besloten vennootschappen Museum Vastgoed Groep B.V. en Tredamer B.V. De Ondernemingskamer heeft eerder, op 23 en 24 december 2014 en 5 januari 2015, een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van deze vennootschappen over de periode vanaf 1 januari 2004. Dit onderzoek is uitgevoerd door mr. F.D. Stibbe, die op 26 januari 2016 het verslag van het onderzoek aan de Ondernemingskamer heeft overhandigd.

In de beschikking van 27 januari 2016 heeft de Ondernemingskamer bepaald dat het verslag met bijlagen ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden, conform artikel 2:353 lid 2 BW. De partijen zijn in de gelegenheid gesteld om zich uiterlijk op 11 februari 2016 schriftelijk uit te laten over het verzoek van de onderzoeker om het onderzoeksbudget te verhogen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is openbaar uitgesproken door de voorzitter en de raadsheren in aanwezigheid van de griffier.

Deze beschikking is van belang voor de betrokken partijen en belanghebbenden, aangezien het de transparantie van het onderzoek en de mogelijkheid voor belanghebbenden om kennis te nemen van de bevindingen waarborgt. De Ondernemingskamer heeft hiermee een belangrijke stap gezet in het waarborgen van de rechten van de betrokken partijen in deze ondernemingsrechtelijke geschillen.

Uitspraak

beschikking
__________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummers: 200.149.410/01 OK tot en met 200.149.410/04 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 27 januari 2016
inzake
I. zaken 200.149.410/01 OK en 200.149.410/02 OK

1.[A] ,

2.
[B],
3.
[C] ,
4.
[D],
5.
[E],
VERZOEKERS,
advocaten:
mr. J. Flemingen
mr. B.M. Katan, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
zaak 200.149.410/01 OK
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MUSEUM VASTGOED GROEP B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe, kantoorhoudende te Amsterdam,
zaak 200.149.410/02 OK
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TREDAMER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n
zaken 200.149.410/01 OK en 200.149.410/02 OK
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[F],
gevestigd te [....] ,
2.
[G] ,
wonend te [....] ,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe,kantoorhoudende te Amsterdam,
zaak 200.149.410/02 OK
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LAPIDUS HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MUSEUM VASTGOED GROEP B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe,kantoorhoudende te Amsterdam,
II. zaken 200.149.410/03 OK en 200.149.410/04 OK
Mr. Antonie VAN HEES, in zijn hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschap van [H] , kantoorhoudende en aldus woonplaats hebbende te Amsterdam,
VERZOEKER,
advocaten:
mr. J. Flemingen
mr. B.M. Katan, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
zaak 200.149.410/03 OK
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MUSEUM VASTGOED GROEP B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe, kantoorhoudende te Amsterdam,
zaak 200.149.410/04 OK
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TREDAMER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe, kantoorhoudende te Amsterdam,
e n t e g e n
zaken 200.149.410/03 OK en 200.149.410/04 OK
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[F],
gevestigd te Amsterdam,
2.
[G] ,
wonend te Amsterdam,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe,kantoorhoudende te Amsterdam,
zaak 200.149.410/04 OK
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LAPIDUS HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MUSEUM VASTGOED GROEP B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. C.J. de Tombe,kantoorhoudende te Amsterdam.

1.Het verloop van het geding

1.1
De Ondernemingskamer zal de volgende partijen hierna als volgt aanduiden:
  • Museum Vastgoed Groep B.V. als MVG;
  • Tredamer B.V. als Tredamer;
  • [F] als [F] .
1.2
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen in deze zaken van 23 en 24 december 2014 en 5 januari 2015.
1.3
Bij de beschikkingen van 23 en 24 december 2014 en 5 januari 2015 heeft de Ondernemingskamer - voor zover hier van belang - een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van MVG (in de zaken met zaaknummers 200.149.410/01 en 200.149.410/03) en van Tredamer (in de zaken met zaaknummers 200.149.410/02 en 200.149.410/04), over de periode vanaf 1 januari 2004, bepaald dat het onderzoek met betrekking tot MVG ten hoogste € 75.000 (exclusief btw) mag kosten en het onderzoek met betrekking tot Tredamer ten hoogste € 20.000 (exclusief btw) mag kosten, mr. F.D. Stibbe benoemd tot onderzoeker, alsmede - bij wijze van onmiddellijke voorzieningen en vooralsnog voor de duur van het geding - [F] geschorst als bestuurder van MVG en Tredamer, en ing. G.C.J. Verweij benoemd tot bestuurder van MVG en Tredamer.
1.4
Bij brief van 25 januari 2016 (met bijlage) heeft de onderzoeker verzocht om het onderzoeksbudget met betrekking tot MVG te verhogen tot € 122.170 (exclusief btw) en zijn vergoeding voor dat onderzoek overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW op dat bedrag te bepalen. Voorts heeft de onderzoeker bij die brief verzocht om de vergoeding met betrekking tot het onderzoek bij Tredamer overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW te bepalen op € 20.000 (exclusief btw). Als bijlage bij die brief is gevoegd een overzicht van de door de onderzoeker en zijn kantoorgenoten aan het onderzoek bestede uren.
1.5
Het verslag van het onderzoek (met bijlagen) heeft de onderzoeker op 26 januari 2016 aan de Ondernemingskamer doen toekomen.
1.6
De griffier heeft het verslag met bijlagen heden ter griffie van de Ondernemingskamer neergelegd.

2.De gronden van de beslissing

2.1
De Ondernemingskamer heeft kennis genomen van het verslag met bijlagen van het onderzoek. Gelet op de inhoud daarvan en op de overigens in deze zaak betrokken belangen, acht de Ondernemingskamer termen aanwezig om op de voet van artikel 2:353 lid 2 BW te bepalen dat het verslag met bijlagen ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden.
2.2
Alvorens op het in 1.4 weergegeven verzoek te beslissen, zal de Ondernemingskamer partijen in de gelegenheid stellen zich over het verzoek van de onderzoeker uit te laten.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
bepaalt dat het verslag met bijlagen van het bij beschikking van 23 december 2014 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van MVG en van Tredamer ter griffie van de Ondernemingskamer ter inzage ligt voor belanghebbenden;
stelt partijen in de gelegenheid zich uiterlijk op donderdag 11 februari 2016 schriftelijk uit te laten over het in 1.4 weergegeven verzoek van de onderzoeker;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.C. Faber en mr. M.M.M. Tillema, raadsheren, en G.A. Cremers en prof. dr. mr. F. van der Wel RA, raden, in tegenwoordigheid van
mr. R. Verheggen, griffier, en door mr. Tillema in het openbaar uitgesproken op 27 januari 2016.