ECLI:NL:GHAMS:2016:2722
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.W.H.G. Loyson
- A.P.M. van Rijn
- L.C. Winkel
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake handelen in strijd met de Wet wapens en munitie op een luchtvaartterrein
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 11 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Singapore in 1989, was beschuldigd van het in bezit hebben van een katapult op of omstreeks 6 februari 2015 op Schiphol, een luchthaven die is aangewezen krachtens de Wet wapens en munitie. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke geldboete van € 320, subsidiair 6 dagen hechtenis, met een proeftijd van 2 jaar. De advocaat-generaal vorderde in hoger beroep dezelfde straf.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd, omdat het tot een andere beslissing kwam. De verdediging stelde dat de katapult een speelgoedwapen was en derhalve onder de uitzonderingen van de Wet wapens en munitie viel. Het hof verwierp dit verweer, verwijzend naar een proces-verbaal waarin werd vastgesteld dat de katapult in staat was om ernstig lichamelijk letsel te veroorzaken. Het hof oordeelde dat de verdachte het ten laste gelegde feit had begaan, maar sprak hem vrij van andere tenlasteleggingen.
De strafbaarheid van de verdachte werd niet uitgesloten, en het hof besloot geen straf of maatregel op te leggen, rekening houdend met de geringe ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan. Het hof concludeerde dat de verdachte niet eerder strafrechtelijk onherroepelijk was veroordeeld, wat in zijn voordeel werd gewogen. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam.