ECLI:NL:GHAMS:2016:2607
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.H.C. van Ginhoven
- F.A. Hartsuiker
- F.M.D. Aardema
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor belaging na veelvuldige ongewenste communicatie
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 3 juni 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 10 maart 2015. De verdachte, geboren in Suriname in 1958, werd beschuldigd van belaging van twee slachtoffers door hen in de periode van 1 maart 2014 tot en met 7 mei 2014 meer dan 1200 keer te bellen en te sms'en. Tijdens de zitting in hoger beroep op 20 mei 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, evenals de verdediging van de verdachte.
De tenlastelegging omvatte het stelselmatig inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers met het doel hen te dwingen iets te doen of vrees aan te jagen. Het hof heeft vastgesteld dat er verschillende telefoons en simkaartjes in het huis van de verdachte zijn aangetroffen, maar het bewijs dat de verdachte deze telefoons daadwerkelijk gebruikte, was onvoldoende. De verdachte ontkende dat de telefoonnummers die aan de belaging waren gekoppeld, aan hem toebehoorden.
Het hof oordeelde dat er niet wettig en overtuigend bewijs was voor de beschuldigingen, waardoor de verdachte van alle tenlastegelegde feiten werd vrijgesproken. Tevens werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf afgewezen, aangezien de verdachte niet schuldig was bevonden aan de nieuwe beschuldigingen. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en sprak de verdachte vrij van de hem ten laste gelegde feiten.