ECLI:NL:GHAMS:2016:2382
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C.M. Aarts
- R.J.F. Thiessen
- G.C. Boot
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake betaling van bouwrijp maken kavel met geschil over overeengekomen richtprijs
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] en Damiaan B.V. tegen [geïntimeerde] over de betaling voor het bouwrijp maken van een kavel. Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 21 juni 2016 uitspraak gedaan in deze zaak, die een vervolg is op een tussenarrest van 15 september 2015. In dat tussenarrest werd [appellant] toegelaten tot het leveren van bewijs voor zijn stelling dat er een richtprijs van € 5.000,- à € 6.000,- was overeengekomen tussen hem en [geïntimeerde]. Echter, [appellant] heeft afgezien van nadere bewijslevering, waarna het hof arrest heeft gevraagd.
De feiten van de zaak zijn als volgt: [appellant] heeft in 2009/2010 [geïntimeerde] mondeling opdracht gegeven tot het bouwrijp maken van een kavel. [geïntimeerde] heeft op zijn beurt een aannemer ingeschakeld om deze werkzaamheden uit te voeren. De kantonrechter te Haarlem heeft [geïntimeerde] veroordeeld tot betaling aan de aannemer, en [geïntimeerde] heeft vervolgens een vordering ingesteld tegen [appellant] voor de kosten die hij heeft moeten maken. [appellant] heeft zich verweerd door te stellen dat er een richtprijs was overeengekomen, maar het hof heeft geoordeeld dat hij hierin niet is geslaagd.
Het hof heeft vastgesteld dat er geen bewijs is geleverd voor de gestelde richtprijs en dat [geïntimeerde] recht heeft op een redelijke prijs op basis van artikel 7:752 BW. De vordering van [geïntimeerde] is in hoger beroep beoordeeld, waarbij het hof concludeert dat de vordering van [geïntimeerde] van € 18.519,95 redelijk is. Het hof heeft de eerdere veroordeling van Damiaan tot betaling van enig bedrag vernietigd en de vordering van [geïntimeerde] tegen Damiaan afgewezen, terwijl het vonnis voor het overige is bekrachtigd. Tevens zijn de proceskosten in beide instanties toegewezen.