Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 15 februari 2013 te Amsterdam toen de aldaar dienstdoende (in uniform geklede) opsporingsambtenaar van de Nationale Politie [slachtoffer] verdachte op verdenking van het overtreden van artikel 266/267 van het Wetboek van Strafrecht, in elk geval op verdenking van het gepleegd hebben van enig strafbaar feit, op heterdaad ontdekt, had aangehouden en vastgegrepen, althans vast had teneinde hem ten spoedigste voor te geleiden voor een hulpofficier van justitie en hem daartoe over te brengen naar een plaats van verhoor, te weten het politiebureau Linnaeusstraat, zich met geweld heeft verzet tegen bovengenoemde opsporingsambtenaar, werkzaam in de rechtmatige uitoefening zijner bediening, door opzettelijk gewelddadig te rukken en/of te trekken in een richting tegengesteld aan die opsporingsambtenaar hem, verdachte, trachtte te brengen en/of te trappen/schoppen tegen de/het be(e)n(en) van die opsporingsambtenaar en/of tegen de/het arm(en) van die opsporingsambtenaar te slaan/stompen en/of te vechten/worstelen met die opsporingsambtenaar, tengevolge waarvan deze opsporingsambtenaar enig lichamelijk letsel (een verwonding aan de hand/vinger(s)) bekwam;
hij op of omstreeks 15 februari 2013 te Amsterdam, opzettelijk mishandelend een ambtenaar, te weten de (in uniform gekelde) opsporingsambtenaar van de Nationale Politie [slachtoffer], gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, tegen een/de be(e)n(en), althans tegen het lichaam heeft geschopt/getrapt en/of tegen de/een arm(en), althans het lichaam heeft geslagen/gestompt en/of met die van [slachtoffer] heeft gevochten/geworsteld, waardoor voornoemde ambtenaar letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
hij op of omstreeks 15 februari 2013 te Amsterdam opzettelijk beledigend (een) ambtena(a)r(en), te weten de (in uniform geklede) opsporingsambtenaar van de Nationale Politie [slachtoffer], gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in diens tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Jij vuile gore klootzak", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Vonnis waarvan beroep
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in zijn vervolging
Bespreking van de overige verweren
“Ten tijde van de aanhouding van de medeverdachte was de betreffende verbalisant niet op de hoogte van de administratiefout betreffende de signalering van medeverdachte.
Bewezenverklaring
hij op 15 februari 2013 te Amsterdam toen de aldaar dienstdoende in uniform geklede opsporingsambtenaar van de Nationale Politie [slachtoffer] verdachte op verdenking van het overtreden van artikel 266/267 van het Wetboek van Strafrecht, op heterdaad ontdekt, had aangehouden en vastgegrepen, zich met geweld heeft verzet tegen bovengenoemde opsporingsambtenaar, werkzaam in de rechtmatige uitoefening zijner bediening, door opzettelijk gewelddadig te rukken en te schoppen tegen de benen van die opsporingsambtenaar en tegen de armen van die opsporingsambtenaar te slaan, tengevolge waarvan deze opsporingsambtenaar enig lichamelijk letsel (een verwonding aan de vinger) bekwam;
hij op 15 februari 2013 te Amsterdam opzettelijk beledigend een ambtenaar, te weten de in uniform geklede opsporingsambtenaar van de Nationale Politie [slachtoffer], gedurende en ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in diens tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Jij vuile gore klootzak".
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en maatregel
first offenderaangemerkt moet worden nu hij weliswaar een rumoerig verleden heeft, maar die problemen niet vergelijkbaar zijn met de huidige situatie. Tot slot heeft de raadsman opgemerkt dat de verdachte thans een vriendin heeft en net vader is geworden, hetgeen in zijn voordeel meegewogen zou dienen te worden.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
20 (twintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
10 (tien) dagen hechtenis.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 150,00 (honderdvijftig euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 150,00 (honderdvijftig euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 (drie) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.