Uitspraak
mr. M.W.E. Evers,kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. Y.A. van Bijsterveld,kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. A.G. de Neve, kantoorhoudende te Rotterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 25 april 2016 een beschikking gegeven inzake de vennootschap SEA RESOURCE CO. LTD, gevestigd te Majuro, Marshall Eilanden, die als verzoekster optrad tegen de besloten vennootschap RICKLEY INTERNATIONAL B.V., gevestigd te Rotterdam, en de vennootschap INVESTORS HOLDCO SÀRL, gevestigd te Luxemburg, die als belanghebbende werd aangemerkt. De zaak betreft een verzoek tot beëindiging van een eerder bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rickley International B.V. Dit onderzoek was bevolen in 2011, maar had geruime tijd stilgelegen vanwege onderhandelingen over een minnelijke regeling. De verzoekster, vertegenwoordigd door mr. M.W.E. Evers, heeft bezwaar gemaakt tegen de beëindiging van de procedure, maar uiteindelijk hebben zowel de belanghebbende als de benoemde onderzoeker ingestemd met de beëindiging van het onderzoek.
De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat er geen belangen zijn die zich verzetten tegen het verzoek van SEA RESOURCE CO. LTD om het onderzoek te beëindigen en de getroffen onmiddellijke voorziening op te heffen. De beschikking van 25 april 2016 beëindigt dan ook het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Rickley International B.V. en heft de onmiddellijke voorziening op, met de verklaring dat deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad is. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en drie raadsheren, en is openbaar uitgesproken.