In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, is eiser [A] niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot uitkoop van de aandelen van gedaagde [B]. De uitspraak vond plaats op 26 april 2016, onder zaaknummer 200.180.053/01 OK. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat eiser niet voldoet aan de kapitaals- en stemvereisten zoals gesteld in artikel 2:201a van het Burgerlijk Wetboek. Eiser had de mogelijkheid gekregen om bewijsstukken over te leggen, waaronder een verklaring van een notaris of registeraccountant, om aan te tonen dat hij aan de vereisten voldeed. Echter, de overgelegde verklaring van [C] voldeed niet aan de eisen, omdat deze niet duidelijk maakte welke informatie was gebruikt en hoe de conclusie was getrokken. Bovendien ontbraken belangrijke documenten, zoals de jaarrekeningen van Venidero over 2014 en 2015, en werd er geen toelichting gegeven op het belang van de gevorderde overdracht. Hierdoor kon de Ondernemingskamer niet vaststellen dat eiser aan de vereisten voldeed, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van zijn vordering.