ECLI:NL:GHAMS:2016:1489
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- F.A. Hartsuiker
- I.M.H. van Asperen de Boer-Delescen
- H.W.J. de Groot
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor winkeldiefstal; bewijs van opzet ontbreekt
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Somalië en thans gedetineerd, was beschuldigd van winkeldiefstal van een fles rosé in een Albert Heijn To Go op Schiphol op 27 november 2014. De tenlastelegging stelde dat de verdachte met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening de fles had weggenomen. Tijdens de zitting in hoger beroep op 1 maart 2016 heeft de raadsman van de verdachte vrijspraak bepleit, stellende dat de verdachte de fles rosé in de rij voor de kassa had willen afrekenen.
Het hof heeft de camerabeelden van de gebeurtenis bekeken, waaruit bleek dat de verdachte de fles uit de schappen had gehaald en deze in zijn tas had gestopt. Vervolgens stond hij in de rij voor de kassa, maar verliet de winkel zonder te betalen, nadat hij in gesprek was geraakt met een onbekende vrouw. Het hof concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat de verdachte de intentie had om de fles te stelen, aangezien hij niet vrijwillig met de fles voorbij de kassa is gelopen. De verdachte had niet de heerschappij over de fles onttrokken aan de Albert Heijn, wat essentieel is voor de bewezenverklaring van diefstal.
Daarom heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde winkeldiefstal. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de rechters in tegenwoordigheid van de griffier de uitspraak hebben gedaan.