Uitspraak
AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
bruto tarievendeclareert bij ( [Stichting] ; Hof: een met [organisatie B] gelieerde rechtspersoon; hierna [Stichting] )
en zelfstandig de benodigde sociale premies en belastingen afdraagtover deze inkomsten. [organisatie B] (..) is derhalve niet aansprakelijk voor de afdracht aan uitkeringsinstanties en/of belastingdienst over onderstaand genoemde vergoedingen.
indien op de 1e werkdag geen geldige VAR/WUO aanwezig is dan zal [organisatie B] (…) 50% van de factuurwaarde inhouden en reserveren voor eventuele loonheffing en sociale verzekeringswetten totdat genoemde verklaring is verkregen.
Per 15 oktober kan je ingeschreven worden als Oproep/Flexwerker bij [organisatie B] voor minimaal zolang de bezwaar periode duurt.
- Een bruto uurloon met directe uitbetaling van:
- Onregelmatigheid toeslag (ORT) conform CAO VVT
- Reiskostenvergoeding conform CAO VVT
- Uitbetaling ziektegeld bij ziekteverlof
- Pensioenopbouw
- [organisatie B] draagt zorg voor het afdragen van loonbelastingen en sociale premies en pensioenpremie
- Gratis Training en Scholing; waaronder VRH, themabijeenkomsten, E-learning
- Wekelijkse verloning
- dat het gaat om werkzaamheden als ‘verpleegkundige in de thuiszorg’;
- dat de werkzaamheden de afgelopen vijf jaar eerder door de Belastingdienst zijn beoordeeld als winst;
- dat de inkomsten kwalificeren als winst uit onderneming;
- dat zij verwacht tussen de 200 en 700 uur en meer dan 700 uur aan de werkzaamheden te besteden voor drie tot zeven opdrachtgevers;
- dat de werkzaamheden meestal niet zonder toestemming van een opdrachtgever door iemand anders uitgevoerd mogen worden;
- dat het risico bij slecht presteren voor belanghebbende is;
- dat dezelfde werkzaamheden niet door werknemers in loondienst worden verricht;
- dat de werkzaamheden niet, dan wel voor minder dan 50%, via een bemiddelaar of een detacherings- of uitzendbureau worden verricht;
- dat zij schat dat de inkomsten tussen de € 10.000 en € 25.000 bedragen;
- dat daarop geen loonheffing wordt ingehouden;
- dat zij bij ziekte of vakantie niet wordt doorbetaald;
- dat zij niet verplicht is aanwijzingen op te volgen;
- dat zij niet verwacht de inkomsten voor meer dan 70% bij één opdrachtgever te verwerven;
- dat zij facturen stuurt voor haar werkzaamheden;
- dat zij geen reclame maakt;
- dat zij niet is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;
- dat zij geen personeel heeft;
- dat zij niet meer dan € 2.500 investeert;
- dat zij de werkzaamheden op locatie verricht;
- dat zij beschikt over de noodzakelijke vergunningen;
- dat zij een boekhouding bijhoudt.
3.Geschil in hoger beroep
Indien die vraag bevestigend wordt beantwoord:
Indien ook die vraag bevestigend wordt beantwoord:
Indien bovenstaande vragen niet op basis van de Wet IB 2001 bevestigend dienen te worden beantwoord:
4.De overwegingen van de rechtbank
Kamerstukken II2000/01, 27 466, nr. 6, p. 24 en p. 99 (NV II)):
5.Beoordeling van het geschil
- de [organisatie A] -werkzaamheden worden onder de in de Zorgverleningsovereenkomst vermelde condities verricht (zie 2.2); tot welke voorwaarden onder andere behoren (i) de wijze waarop belanghebbende uitbetaald wordt en (ii) - naar aangenomen kan worden - een specifieke klachtenprocedure;
- de [organisatie B] -werkzaamheden worden (vanaf november 2013) - gelet op de onder 2.3.3 en 2.3.4 weergegeven feiten - in dienstbetrekking verricht en worden onder de in de arbeidsovereenkomst genoemde condities uitgevoerd;
- de echtgenoot-werkzaamheden zijn uiterst beperkt van omvang en stemmen inhoudelijk in hoge mate overeen met werkzaamheden die ook tussen echtgenoten plaatsvinden (zie 2.4).
- dat de Belastingdienst een begunstigend, niet-gepubliceerd beleid voert en dat de inspecteur daarvan ten nadele belanghebbende is afgeweken,
- dat de Belastingdienst/inspecteur binnen een groep van belastingplichtigen, waartoe belanghebbende behoort, sommigen met het oogmerk van begunstiging gunstiger behandelt dan de wet voorschrijft, terwijl hij dit met betrekking tot belanghebbende heeft nagelaten,
- dat de inspecteur in de meerderheid van de met het geval van belanghebbende vergelijkbare gevallen een VAR-WUO heeft afgegeven.
6.Kosten
7.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank, met uitzondering van de beslissing over het griffierecht;
- verklaart de beroepen gegrond voor zover zij betrekking hebben op de bij de Herzieningsbeschikking 2013 en 2014 verleende VAR-LOON voor de [organisatie A] -werkzaamheden en de echtgenoot-werkzaamheden;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar voor zover die daarop betrekking hebben;
in een VAR-resultaat uit overige werkzaamheden.
in een VAR-resultaat uit overige werkzaamheden