Uitspraak
mr. G. te Winkel, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.Het verloop van het geding
I. gedaagden te veroordelen om het onbezwaarde recht op elk van de door hen gehouden Minderheidsaandelen over te dragen aan de Vennootschap [Global City];
2.De vaststaande feiten
3.De gronden van de beslissing
as of 20 November 2015:
I.T. International Theatres Limited, ITIT Holding B.V. and the Company are direct and indirect subsidiaries (dochtermaatschappijen) within the meaning of article 2:24a of the Dutch Civil Code of lsrael Theatres Limited and aforementioned companies can be assumed to form a group within the meaning of article 2:24b of the Dutch Civil Code.” De lijst van stukken waarop de notaris zijn verklaring baseert (hiervoor geciteerd onder 3.4 sub v) lijkt geen stukken te bevatten waaruit blijkt dat eiseressen groepsmaatschappijen zijn als bedoeld in artikel 2:24b BW. Eiseressen dienen de juistheid van hun stelling op dit punt nader aan te tonen, bijvoorbeeld door een beredeneerde verklaring van een registeraccountant of een verklaring van een notaris inhoudende dat uit door hem verricht onderzoek blijkt dat eiseressen groepsmaatschappijen zijn als bedoeld in artikel 2:24b BW.
fairness opinionvan KPMG Advisory N.V. (verder: KPMG) van 8 juni 2015.
fairness opinionstaat onder andere vermeld:
The consideration proposed to be paid by GCH [Global City] for one ordinary share of GCH is PLN 47.7, (…) subject to withholding tax (the “Consideration”).”
fairness opinionstaat als slotsom:
(…) [KPMG] is of the opinion that as at the date of this letter the Consideration [47,7 PLN per aandeel] is fair from a financial point of view to the holders of minority stakes of ordinary shares in GCH [Global City].”
fairness opinionen stellende dat na het uitbrengen van het Inkoopbod 99,7% van de aandelen gehouden door anderen dan eiseressen zijn aangeboden onder het Inkoopbod en dat zich sinds de gestanddoening van het Inkoopbod geen bijzondere wijzigingen in de toestand van Global City hebben voorgedaan, stellen eiseressen zich op het standpunt dat de waarde per aandeel op de datum van dagvaarding gelijk is aan de prijs onder het Inkoopbod te weten PLN 47,70 per aandeel exclusief in te houden dividendbelasting.
fairness opinion,geen redenen zijn om te veronderstellen dat deze prijs niet de juiste weerspiegeling is van de waarde van de aandelen op genoemde datum en voorts het Inkoopbod op grote schaal is aanvaard. Echter, de Ondernemingskamer kan op grond van de thans voorliggende stukken de juistheid van de stelling van eiseressen dat na het uitbrengen van het Inkoopbod 99,7% van de aandelen gehouden door anderen dan eiseressen zijn aangeboden onder het Inkoopbod niet vaststellen. De Ondernemingskamer zal eiseressen in de gelegenheid stellen om bij akte hun stellingen omtrent de aantallen aandelen die onder het Inkoopbod zijn verworven en tegen welke prijs, nader toe te lichten en aan te tonen. Het heeft de voorkeur dat zij dit doen aan de hand van een gedocumenteerde verklaring van een onafhankelijke deskundige, bijvoorbeeld een registeraccountant of notaris, uit welke verklaring dient te blijken welke stukken zijn geraadpleegd.