beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.160.982/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 5 maart 2015
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SVEKI B.V.,
gevestigd te Rijnwaarden,
VERZOEKSTER,
advocaten:
mr. S.M. Margesen
mr. I.I. van Tuyll van Serooskerken, kantoorhoudende te Utrecht,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DISTILLERIES GROUP TOORANK B.V.,
gevestigd te Zevenaar,
VERWEERSTER,
advocaten:
mr. M.W.E. Eversen
mr. D.J.M. Lange, kantoorhoudende te Amsterdam,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TOORANK BEHEER B.V.,
gevestigd te Didam,
BELANGHEBBENDE,
advocaten:
mr. S.J.H.M. Berendsenen
mr. H.K. Schrama,kantoorhoudende te Amsterdam.
1.
Het verloop van het geding
1.1 Verzoekster zal in het vervolg Sveki worden genoemd. Verweerster zal (ook) worden aangeduid met DGT en belanghebbende met Toorank Beheer.
1.2 Sveki heeft bij op 2 december 2014 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht - zakelijk weergegeven - bij uitvoerbaar bij voorraad verklaarde beschikking
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van DGT en haar - niet nader genoemde - dochtermaatschappijen over de periode vanaf 10 februari 2014;
bij wijze van onmiddellijke voorzieningen voor de duur van het geding
1. [A] (hierna [A] te noemen) te schorsen als bestuurder van DGT;
2. een onafhankelijke derde aan te stellen als bestuurder van DGT met de in het verzoek vermelde taken en bevoegdheden;
3. het stemrecht dat is verbonden aan de door Toorank Beheer in DGT gehouden aandelen te schorsen;
4. de door Toorank Beheer in DGT gehouden aandelen over te dragen ten titel van beheer aan een door de Ondernemingskamer te benoemen derde;
5. een of drie derden aan te stellen als commissaris van DGT;
6. althans zodanige onmiddellijke voorzieningen te treffen als de Ondernemingskamer geraden acht;
alsmede om DGT te veroordelen in de kosten van het geding.
1.3 DGT heeft bij op 16 januari 2015 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verweerschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht bij uitvoerbaar bij voorraad verklaarde beschikking
primair
het verzoek af te wijzen;
subsidiair
het onderzoek, indien het wordt ingesteld, te doen uitstrekken tot het tijdvak vanaf 1 oktober 2008 en de in het verweerschrift omschreven onderwerpen;
indien wordt geoordeeld dat onmiddellijke voorzieningen vereist zijn het stemrecht dat is verbonden aan de door Sveki in DGT gehouden aandelen te schorsen en/of de door Sveki in DGT gehouden aandelen over te dragen ten titel van beheer.
1.4 Toorank Beheer is bij op 22 januari 2015 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen stelbrief van haar advocaten, met een productie, in het geding verschenen.
1.5 De verzoeken zijn behandeld ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 29 januari 2015. Bij die gelegenheid hebben partijen hun standpunten doen toelichten, Sveki en Toorank Beheer door hun advocaten en DGT door mr. Evers, allen aan de hand van - aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen overgelegde - aantekeningen en onder overlegging van op voorhand aan de Ondernemingskamer en de wederpartijen gezonden nadere producties (namens Sveki de producties 53 tot en met 76, namens DGT de producties 85 tot en met 96, en namens Toorank Beheer de producties 2 tot en met 4). Bij die gelegenheid heeft Sveki haar verzoek ingetrokken voorzover het betreft ‘de dochtermaatschappijen’ van DGT. Partijen hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord. Partijen hebben de Ondernemingskamer verzocht de beschikking een week aan te houden zodat zij een minnelijke schikking konden beproeven.
1.6 Bij brief van 6 februari 2015 heeft mr. Van Tuyll van Serooskerken de Ondernemingkamer verzocht een beschikking te geven.
2 De feiten
De Ondernemingskamer gaat uit van de volgende feiten:
2.1DGT is een houdstermaatschappij. Zij houdt alle aandelen in drie Nederlandse besloten vennootschappen, belangen in Duitse (100%), Britse (100%) en Poolse rechtspersonen, en 50% van het aandelenkapitaal van Ad Fundum B.V. Deze rechtspersonen worden tezamen ook aangeduid met de Toorank Groep. De Toorank Groep houdt zich bezig met ontwikkeling, productie en verkoop van alcoholhoudende dranken en heeft circa 140 werknemers.
2.2Het aandelenkapitaal van DGT is als volgt verdeeld (de percentages zijn afgerond): Sveki houdt 22,5%, Stichting administratiekantoor DGT (hierna Stak te noemen) houdt 10,5%, Toorank Beheer houdt 60% en DGT Trust B.V. (hierna Trust te noemen) houdt 7%.
2.3Het bestuur van DGT werd voorheen gevormd door [A] en [B] (hierna [B] te noemen). Op 2 oktober 2014 stond [B] (nog) als bestuurder ingeschreven in het handelsregister.
2.4Sveki is de persoonlijke houdstermaatschappij van [B] en wordt door hem bestuurd.
2.5Het bestuur van Stak wordt gevormd door Sveki, Toorank Beheer en [C] (hierna [C] te noemen). Zij zijn gezamenlijk bevoegd. De door Stak uitgegeven certificaten van aandelen in DGT worden gehouden door [C].
2.6[C] is, door middel van Stichting administratiekantoor [C], geheel in handen van (de familie van) [A]. Toorank Beheer is de enige bestuurder van [C].
2.7[A], zijn echtgenote [D] (hierna [D] te noemen) en zijn kinderen houden door tussenkomst van Stichting administratiekantoor Toorank Beheer alle aandelen in Toorank Beheer. [A] en [D] zijn de bestuurders van Toorank Beheer en van Stichting administratiekantoor Toorank Beheer.
2.8Trust wordt bestuurd door Toorank Beheer. De aandelen van Trust worden (indirect) gehouden door werknemers van de Toorank Groep.
2.9De statuten van DGT bepalen in artikel 14 onder meer “De vennootschap heeft een raad van commissarissen die uit één of meer leden bestaat” en “commissarissen worden benoemd door de Algemene Vergadering”.
2.1Op 31 december 2009 is [E] afgetreden als commissaris van DGT.
2.11Op 29 november 2013 is [F] afgetreden als commissaris van DGT.
2.12Op 12 februari 2014 heeft [A] zichzelf met ingang van 1 februari 2014 doen uitschrijven uit het Handelsregister als bestuurder van DGT. [A] heeft daartoe op 10 februari 2014 een formulier wijziging functionarisgegevens ingevuld. Tevens werd op 12 februari 2014 Toorank Beheer als bestuurder ingeschreven.
2.13[A] en [B] hebben in de periode na 18 februari 2014 gesproken over mogelijkheden tot ontvlechting. Daarbij is zowel overname van het belang van [A] in DGT door [B] aan de orde geweest, als overname van het belang van [B] door [A].
2.14Op 4 maart 2014 is [G] afgetreden als commissaris van DGT.
2.15Tijdens de algemene vergadering van aandeelhouders van DGT op 26 maart 2014 is [H] als commissaris ontslagen. Voorts is op voorstel van [A] de benoeming van mr. J.P.H.G.W. Sars, raadsman van DGT, (hierna Sars te noemen) tot commissaris aan de orde geweest; Sars is niet als zodanig benoemd. Vanaf 26 maart 2014 heeft DGT geen fungerende commissarissen meer.
2.16In een brief van 3 april 2014 heeft Sars aan [J], adviseur van Sveki en [B] (hierna [J] te noemen), onder meer geschreven dat [A] niet heeft gecommuniceerd over de in 2.12 vermelde wijzigingen in het Handelsregister van 12 februari 2014, dat [A] niet de bedoeling had zijn (middellijke) positie van bestuurder van DGT op te geven, en dat [A] slechts Toorank Beheer bestuurder wilde laten worden ‘in plaats van in persoon’.
2.17Op 2 mei 2014 heeft de algemene vergadering van aandeelhouders van DGT [B] ontslagen als haar bestuurder.
2.18Op 8 mei 2014 heeft Sars aan [J] meegedeeld dat de cijfers 2013 zijn opgesteld en zich in een “afrondende fase” bevinden.
2.19Op 13 mei 2014 heeft [J] namens Sveki Sars verzocht om de voorlopige cijfers over 2013, de prognose voor 2014 en de tussentijdse cijfers 2014.
2.2Op 11 juni 2014 heeft [J] verzocht om “per omgaande de jaarrekening 2013 DGT te ontvangen”. Sars antwoordde op 13 juni 2014 dat “met man en macht gewerkt wordt – maar nu zonder de destijds vertrokken financieel directeur - aan een deugdelijke afsluiting 2013”. Nadien is nog enkele malen over het uitblijven van een concept jaarrekening gecommuniceerd.
2.21Op 27 juni 2014 heeft [J] een concept van de jaarrekening 2013 zonder accountantsverklaring ontvangen. In een begeleidend schrijven heeft Sars opgemerkt dat het punt ‘winstbestemming’ nog aangepast dient te worden.
2.22Een mededeling van Sars op 1 juli 2014 houdt in dat het vaststellen van de jaarrekening 2013 zou worden uitgesteld “vanwege bijzondere omstandigheden, u wel bekend”. Bij brief van 11 juli 2014 heeft [A] tegenover [B] als reden van uitstel opgegeven: “uw eigen vertrek maar zeker ook het plotselinge uitvallen van de heer [K] (de controller, OK) noopten tot uitstel”. Op 27 juli, 5 augustus, 14 oktober en 17 oktober 2014 heeft Sveki het uitstel van de vaststelling van de jaarrekening 2013 aan de orde gesteld.
2.23Bij brief van 11 juli 2014 is Sveki uitgenodigd voor algemene vergaderingen van aandeelhouders van DGT op 29 juli 2014 en op 5 augustus 2014.
2.24Op 28 juli 2014 werd de door de accountant getekende versie van de jaarrekening 2013 verspreid onder de aandeelhouders.
2.25In de algemene vergadering van aandeelhouders van 29 juli 2014 is besloten om de vaststelling van de jaarrekening over 2013 uit te stellen tot uiterlijk 31 oktober 2014.
2.26In de algemene vergadering van aandeelhouders van 29 juli 2014 is voorts het besluit tot ontslag van [B] als bestuurder van DGT bevestigd.
2.27Ter algemene vergadering van aandeelhouders van 29 juli 2014 is het voorstel van [A] om [L] (hierna [L] te noemen) te benoemen tot commissaris aan de orde geweest. Sveki heeft bezwaren tegen dat voorstel naar voren gebracht. Benoeming heeft niet plaatsgevonden.
2.28Op de agenda van de algemene vergadering van aandeelhouders van 23 oktober 2014 stond het agendapunt “benoemen commissaris”. Op 7 oktober 2014 werd te dien aanzien toegevoegd dat [L] door [A] als lid van de raad van commissarissen werd voorgedragen. Op 14 oktober 2014 is van de zijde van Sveki bezwaar gemaakt tegen de voordracht van [L]. [L] is op 23 oktober 2014 niet tot commissaris benoemd.
2.29In de algemene vergadering van aandeelhouders van 23 oktober 2014 is de jaarrekening 2013 vastgesteld. Bij die gelegenheid heeft [A] als redenen voor het uitstellen van de vaststelling genoemd (i) de ziekte (vanaf 5 maart 2014) en de vervanging van controller [K], (ii) de vertraging van de cijfers uit het Verenigd Koninkrijk, en (iii) het vertrek van [B].
2.3Na 23 oktober 2014 heeft DGT een nieuwe kandidaat voor de raad van commissarissen voorgesteld.