ECLI:NL:GHAMS:2015:5805
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- M.J.G.B. Heutink
- H.W.J. de Groot
- F.L. Muskens
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van voorlopige hechtenis en verzoek tot schorsing in hoger beroep met internationale implicaties
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 maart 2015 in raadkamer uitspraak gedaan over het hoger beroep van de verdachte tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 2 maart 2015, waarin de voorlopige hechtenis werd bevolen. De verdachte, geboren in 1960 en thans verblijvende in het huis van bewaring De Schans te Amsterdam, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft zowel de advocaat-generaal als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw, gehoord.
Het hof heeft de beschikking waarvan beroep bekeken en is van oordeel dat de feiten die hebben geleid tot de voorlopige hechtenis een internationaal karakter hebben en dat er veel slachtoffers bij betrokken zijn. Gezien de aard en omvang van de feiten, alsook het vluchtgevaar dat aanwezig is, heeft het hof geconcludeerd dat zowel de recidivegrond als het gevaar voor vlucht aanwezig zijn. Dit vluchtgevaar wordt verder versterkt door de onduidelijkheid over de verblijfplaats van de verdachte.
Daarnaast heeft het hof het verzoek van de verdachte tot schorsing van de voorlopige hechtenis beoordeeld. Het hof heeft dit verzoek afgewezen, omdat de persoonlijke omstandigheden van de verdachte niet opwegen tegen de gewichtige redenen van maatschappelijke veiligheid die in het bevel tot gevangenhouding zijn aangevoerd. De beslissing van het hof is om het beroep tegen de bestreden beschikking af te wijzen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.