ECLI:NL:GHAMS:2015:5804

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 maart 2015
Publicatiedatum
20 juli 2016
Zaaknummer
15/872327-14
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de voorlopige hechtenis en toepassing van artikel 67b Sv in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 maart 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, geboren in Colombia en thans verblijvende in het huis van bewaring te Zwaag. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, die op 18 februari 2015 een bevel tot gevangenhouding had gegeven. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder de beschikking waarvan beroep en de akte van de griffier van de rechtbank. Tijdens de zitting heeft het hof de advocaat-generaal en de raadsman van de verdachte gehoord.

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank voor een groot deel bevestigd, met uitzondering van de onderzoeksgrond die vervalt. Het hof heeft zich gebogen over het verweer van de raadsman met betrekking tot de vordering ex artikel 67b Sv, die betrekking heeft op het voorhanden hebben van een vuurwapen. Het hof oordeelt dat het doel van artikel 67b Sv is om te voorkomen dat voor nieuwe feiten een afzonderlijk bevel tot voorlopige hechtenis moet worden gegeven. De wet staat niet in de weg aan het onder voorlopige hechtenis brengen van een nieuw feit, ook al was dit feit eerder bekend. Het hof concludeert dat er ernstige bezwaren zijn voor het voorhanden hebben van een vuurwapen, maar dat de grond voor voorlopige hechtenis voor dit feit ontbreekt. Daarom vernietigt het hof de beschikking van de rechtbank voor zover deze betrekking heeft op dit feit.

De beslissing van het hof is dat de beschikking waarvan beroep wordt afgewezen, met inachtneming van de overwegingen die zijn gepresenteerd. Deze beschikking is gegeven in raadkamer, en de advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht.

Uitspraak

15/872327-14
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Colombia) op [geboortedag] 1981,
wonende te [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring Zwaag te Zwaag,
tegen de beschikking van de rechtbank te Noord-Holland, locatie Haarlem van 18 februari 2015, houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Noord-Holland, locatie Haarlem van 20 februari 2015, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft kennis genomen van de stukken die betrekking hebben op de voorlopige hechtenis van de verdachte, waaronder de beschikking waarvan beroep. Het hof heeft gehoord de advocaat-generaal en de raadsman van de verdachte mr. [naam].

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep voor zover het betrekking heeft op de verdenking bezwaren en gronden die tot het bevel tot bewaring van de verdachte hebben geleid, met uitzondering van de onderzoeksgrond. Deze komt dan ook te vervallen.
Ten aanzien van het verweer van de raadsman omtrent de vordering ex art. 67b Sv – het voorhanden hebben van een vuurwapen – overweegt het hof als volgt.
Het doel van art. 67b Sv is om te voorkomen dat voor nieuwe feiten een afzonderlijk bevel tot voorlopige hechtenis moet worden gegeven. De wetstekst verzet zich niet tegen het onder de voorlopige hechtenis brengen van een nieuw feit ook al was dit feit eerder bekend. Door het toepassen van deze mogelijkheid is er naar het oordeel van het hof geen sprake van strijd met beginselen van behoorlijke procesorde.
Het hof is van oordeel dat er weliswaar ernstige bezwaren zijn voor het voorhanden hebben van een vuurwapen maar dat de grond voor de voorlopige hechtenis voor wat betreft dit feit ontbreekt. Voor zover de rechtbank de gevangenhouding heeft bevolen voor dit feit wordt de beschikking waarvan beroep vernietigd.

15.872327-14

De beslissing

Het hof:
WIJST af de beschikking waarvan beroep, met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Deze beschikking is gegeven op 18 maart 2015 in raadkamer van dit hof door
mr. M.J.G.B. Heutink, voorzitter,
mrs. H.W.J. de Groot en F.L. Muskens, raadsheren,
in tegenwoordigheid van K.D.M. de Lange als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 18 maart 2015,
de advocaat-generaal