ECLI:NL:GHAMS:2015:5120

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 november 2015
Publicatiedatum
8 december 2015
Zaaknummer
13/00758
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Indeling van digitale camera's voor douanedoeleinden met betrekking tot hoofdfunctie en GN-codes

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 november 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de indeling van een digitale camera onder de juiste goederencode voor douanedoeleinden. De inspecteur van de Belastingdienst/Douane had een uitnodiging tot betaling (UTB) opgelegd aan de belanghebbende, [X B.V.], voor douanerechten op een digitale camera die door de Duitse douane was ingedeeld als videocamera-opnametoestel. De rechtbank Noord-Holland had het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard en de UTB vernietigd, waarna de inspecteur in hoger beroep ging.

Het Hof oordeelde dat de camera moet worden ingedeeld naar zijn hoofdfunctie. De inspecteur stelde dat de camera als videocamera moest worden ingedeeld, terwijl de belanghebbende betoogde dat het een digitaal fototoestel was. Het Hof heeft vastgesteld dat de camera, hoewel het uiterlijk van een videocamera had, niet voldeed aan de eisen voor indeling als videocamera-opnametoestel, omdat de kwaliteit van de video-opnamen bij gebruik van de digitale zoomfunctie onvoldoende was. Het Hof volgde de argumenten van de belanghebbende en concludeerde dat de camera onder goederencode 8525 80 30 moest worden ingedeeld, als digitaal fototoestel.

De uitspraak benadrukt het belang van de hoofdfunctie van goederen bij douanerechten en de toepassing van de gecombineerde nomenclatuur. Het Hof vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van de inspecteur ongegrond, waarmee de eerdere beslissing van de rechtbank werd herroepen.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Kenmerk 13/00758
26 november 2015
uitspraak van de meervoudige douanekamer
op het hoger beroep van
de inspecteur van de Belastingdienst/Douane, de inspecteur,
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk AWB 13/1775 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
[X B.V.]te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur.

1.Ontstaan en loop van het geding

1.1.
De inspecteur heeft met dagtekening 24 augustus 2012 aan belanghebbende een uitnodiging tot betaling (hierna: UTB) uitgereikt voor een bedrag van € 7.952,50 aan douanerechten.
1.2.
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de inspecteur bij uitspraak, gedagtekend 18 februari 2013, het bezwaar ongegrond verklaard en de UTB gehandhaafd.
1.3.
Bij uitspraak van 31 oktober 2013 heeft de rechtbank als volgt op het door belanghebbende ingestelde beroep beslist, waarbij belanghebbende als ‘eiseres’ en de inspecteur als ‘verweerder’ wordt aangeduid:
“De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vernietigt de utb;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres ten bedrage van € 944;
- gelast dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 318 vergoedt.”
1.4.
Het tegen deze uitspraak door de inspecteur ingestelde hoger beroep is bij het Hof per faxbericht ingekomen op 10 december 2013 aangevuld bij brief van 21 januari 2014. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.
1.5.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 29 september 2015. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

2.Feiten

2.1.
De rechtbank heeft in de onderdelen 2.1 tot en met 2.4 van haar uitspraak de volgende feiten vastgesteld. Belanghebbende wordt daarin aangeduid als ‘eiseres’ en de inspecteur als ‘verweerder’:
“2.1. Eiseres heeft in 2009 in opdracht van de importeur [GmbH] gevestigd te Duitsland (hierna: [de importeur] ) twee aangiften ten invoer gedaan voor digitale camera’s van het type JTC-HDV1080 (hierna: de camera). Eiseres heeft de camera op grond van de door de importeur verstrekte goederencode en goederenomschrijving telkens ingedeeld onder goederencode 8525 80 30 00 als digitale camera.
2.2.
De Duitse douane heeft op grond van artikel 78 van het Communautair douanewetboek (hierna: CDW) een onderzoek ingesteld bij [de importeur] . De Duitse douane heeft de bevindingen in het kader van Verordening (EEG) nr. 515/1997 aan de Nederlandse douane doorgegeven. De Duitse douane heeft de camera ingedeeld in goederencode 8525 80 91 00 als digitale videocamcorder.
2.3.
Verweerder heeft na ontvangst van de bevindingen van de Duitse douane een onderzoek ingesteld bij eiseres naar de onder 2.1 bedoelde aangiften. Verweerder heeft naar aanleiding van dit onderzoek de utb aan eiseres opgelegd.
2.4.
De camera heeft de volgende relevante kenmerken en specificaties:
- een intern (flash)geheugen van 64 MB;
- een CMOS-sensor met 5 megapixels;
- microfoon en luidsprekers;
- de mogelijkheid om foto’s te nemen in JPEG-formaat met 3744 x 2808 pixels;
- 8 x digitale zoom;
- een maximale videoresolutie van 1280 x 720 pixels met 30 beelden per seconde;
- een uitklapbaar beeldscherm.
De camera heeft een uitsparing waarin een geheugenkaart (SD of MMC) van maximaal 8 GB kan worden geplaatst om het interne geheugen uit te breiden. De camera wordt geleverd in een doos met onder andere een USB-kabel, een voedingskabel, een HDMI-kabel, een tv-kabel, een accu, een hoofdtelefoon en een CD-rom (met besturingsprogramma, ArcSoft-software en gebruikershandboek).”
2.2.
Nu de hiervoor vermelde feiten door partijen op zichzelf niet zijn bestreden zal ook het Hof daarvan uitgaan.

3.Geschil in hoger beroep

3.1.
In hoger beroep is in geschil het antwoord op de vraag onder welke tariefpost van de Gecombineerde Nomenclatuur (hierna: GN) het onderhavige toestel, de digitale camera van het type ‘Videoshot HDV1080’, moet worden ingedeeld, waarbij de inspecteur indeling onder GN-onderverdeling 8525 80 91 (videocamera-opnametoestellen) voorstaat en belanghebbende indeling onder GN-onderverdeling 8525 80 30 (digitale fototoestellen) bepleit.
3.2.
Voor de standpunten van partijen wordt verwezen naar de gedingstukken. Voor hetgeen partijen ter zitting hebben aangevoerd wordt verwezen naar het proces-verbaal van de zitting.

4.Relevante wettelijke bepalingen

Post 8525 van de GN
8525 Zendtoestellen voor radio-omroep of televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid; televisiecamera’s, digitale fototoestellen en videocamera-opnametoestellen:
(…)
8525 80 − televisiecamera’s, digitale fototoestellen en videocamera- opnametoestellen:
(…)
8525 80 30 − − digitale fototoestellen
− − videocamera-opnametoestellen:
8525 80 91 − − − enkel voorzien van een opnamemogelijkheid van het door de televisiecamera geregistreerde beeld en geluid
8525 80 99 − − − andere
Aantekening 3 op afdeling XVI
“Voor zover niet anders is bepaald, worden combinaties van machines van verschillende soorten, die bestemd zijn om gezamenlijk te functioneren en die een geheel vormen, alsmede machines met twee of meer verschillende (afwisselende of aanvullende) functies, ingedeeld naar de hoofdfunctie die kenmerkend is voor het complex.”
GN-toelichting op onderverdeling 8525 80 30
“Digitale fototoestellen (camera's) van deze onderverdeling zijn altijd geschikt voor de opname van stilstaand beeld op een intern geheugen of een verwisselbare drager.
De meeste digitale fototoestellen (camera's) van deze onderverdeling hebben het ontwerp van een traditionele en hebben geen inklapbare zoeker.
Deze digitale fototoestellen (camera's) kunnen ook filmbeelden opnemen.
Zij blijven onder deze onderverdeling ingedeeld tenzij zij, gebruikmakend van de maximale opslagcapaciteit, in staat zijn om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger).
Vergeleken met videocamera-opnametoestellen van onderverdelingen 8525 8091 (http://douaneportal.sdu.rijksweb.nl/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%208091/) en 8525 8099 (http://douaneportal.sdu.rijksweb.nl/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%0A8099/) bieden veel digitale fototoestellen (wanneer ze als videocamera-opnametoestellen gebruikt worden) niet de mogelijkheid om tijdens de video-opname gebruik te maken van een optische zoomfunctie. Sommige digitale fototoestellen stoppen de video-opname na een bepaalde tijd, ongeacht de beschikbare opslagcapaciteit.”
GN-toelichting op onderverdelingen 8525 80 91 en 8525 80 99
“Videocamera-opnametoestellen van deze onderverdeling kunnen altijd filmbeelden opnemen op een intern geheugen of een verwisselbare drager.
In het algemeen hebben videocamera-opnametoestellen van deze onderverdeling een andere vormgeving dan digitale fototoestellen van onderverdeling 8525 8030 (http://douaneportal.sdu.rijksweb.nl/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%208030/). Ze hebben vaak een inklapbare zoeker en worden vaak samen met een afstandsbediening aangeboden. Zij beschikken altijd over een optische zoomfunctie die tijdens de video-opname kan worden gebruikt.
Deze videocamera-opnametoestellen hebben de mogelijkheid om stilstaand beeld op te nemen. Digitale fototoestellen zijn van deze onderverdeling uitgesloten als zij, gebruikmakend van de maximale opslagcapaciteit, niet in staat zijn om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger).”
GN-toelichting op onderverdeling 8525 80 99
“Deze onderverdeling omvat videocamera-opnametoestellen (zogenaamde ‘camcorders’) waarmee niet alleen door de camera geregistreerde beelden en geluid kunnen worden opgenomen, maar ook signalen van externe bronnen, bijvoorbeeld dvd-spelers, automatische gegevensverwerkende apparaten of televisieontvangtoestellen. De aldus opgenomen beelden kunnen met een extern televisieontvangtoestel of beeldscherm worden weergegeven.
Videocamera’s (zogenaamde camcorders), waarbij de video-ingang is afgedekt door middel van een plaatje of op andere wijze, of waarin de video-interface achteraf met behulp van programmatuur kan worden geactiveerd als video-ingang, behoren eveneens tot deze onderverdeling.
Deze toestellen zijn ontworpen om televisieprogramma’s of andere van buitenaf inkomende signalen op te nemen.
“Camcorders” waarmee alleen de door de camera geregistreerde beelden opgenomen en door een extern televisieontvangtoestel of beeldscherm weergegeven kunnen worden, vallen onder onderverdeling 8525 80 91 (http://sdukennisportaal.rijksweb.nl/douaneport-main/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%208091/).”
Nationale toelichting op onderverdeling 8525 80 91
“Onder onderverdeling 8525 80 91 (http://sdukennisportaal.rijksweb.nl/douaneport-main/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%208091/) vallen videocamera’s die uitsluitend beelden kunnen opnemen via de lens van de camera. Deze camera’s mogen zijn uitgerust met voorzieningen (bijvoorbeeld een beeldschermpje) om de opgenomen beelden ter controle te kunnen bekijken en/of om te worden aangesloten op bijvoorbeeld een televisietoestel voor weergave van de opgenomen beelden (en geluid).
Videocamera’s die zodanig zijn uitgerust dat zij ook beelden anders dan door de lens kunnen vastleggen (bijvoorbeeld via een aansluiting op een televisietoestel of een videorecorder als bedoeld bij post 85.21), moeten worden ingedeeld onder onderverdeling 8525 80 99 (http://sdukennisportaal.rijksweb.nl/douaneport-main/inenuitvoer-dp/gebruikstarief/zoek/index.html/GoodCode/8525%208099/).”
Verordening (EG) nr. 1231/2007
(1)
(2)
(3)
3. Een digitaal fototoestel voor het opnemen en opslaan van beelden op een intern opslagmedium met een capaciteit van 22 MB of op een geheugenkaart met een capaciteit van maximaal 1 GB. Het digitale fototoestel beschikt over een zogenoemde charge-coupled device (CCD) van 6 megapixels en een LCDscherm met een diagonaal van 6,35 cm (2,5 inch) dat kan worden gebruikt om eerder opgenomen beelden of beelden tijdens de opname te bekijken. De maximale resolutie van het stilstaande beeld is 3680 × 2760 pixels. Als de hoogste resolutie wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart
van 1 GB ongeveer 290 stilstaande beelden worden opgeslagen. Als de resolutie van 640 × 480 pixels wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart van 1 GB ongeveer 7550 stilstaande beelden worden opgeslagen. De maximale resolutie voor video-opnamen is 640 × 480 pixels. Als deze hoogste resolutie wordt gebruikt, kan het toestel op een geheugenkaart van 1 GB ongeveer 11 minuten video opnemen met 30 beelden per seconde (30 fps). Het digitale fototoestel heeft een optische zoomfunctie die niet gedurende de video-opname gebruikt kan worden.
8525 80 30
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur aantekening 3 op afdeling XVI en de tekst van de GN-codes 8525, 8525 80 en 8525 80 30. Het digitale fototoestel kan niet als televisiecamera in de onderverdelingen 8525 80 11 of 8525 80 19 worden ingedeeld omdat het toestel zowel stilstaande beelden als videobeelden kan opnemen. Het toestel kan een groot aantal stilstaande beelden van hoge kwaliteit opnemen. Het toestel kan echter alleen video met een resolutie van minder dan 800 × 600 pixels opnemen en kan tijdens video-opnamen niet in- of uitzoomen. (Zie de GN-toelichting bij onderverdeling 8525 80 30).
5. Een videocamera-opnametoestel voor het opnemen en opslaan van beelden op een geheugenkaart met een capaciteit van maximaal 2 GB. Het videocamera-opnametoestel beschikt over een zogenoemde chargecoupled device (CCD) van 5 megapixels en een uitklapbaar zoekscherm van een zogenoemd organic light-emitting diode (OLED) type met een diagonaal van 5,59 cm (2,2 inch) dat kan worden gebruikt om eerder opgenomen beelden of beelden tijdens de opname te bekijken. Het beschikt over een microfooningang en een audio-video uitgang. De maximale resolutie voor video-opnamen is 1280 × 720 pixels. Als de hoogste resolutie wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart van 2 GB ongeveer 42 minuten videobeelden worden opgeslagen met 30 beelden per seconde (30 fps). Als de resolutie van 640 × 480 pixels wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart van 2 GB 2 uur videobeelden worden opgeslagen met 30 beelden per seconde (30 fps). De maximale resolutie van het stilstaande beeld is 3 680 × 2760 pixels. Als de hoogste resolutie wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart van 2 GB ongeveer 600 stilstaande beelden worden opgeslagen. Als de resolutie van 640 × 480 pixels wordt gebruikt, kunnen op een geheugenkaart van 2 GB ongeveer 15 500 stilstaande beelden worden opgeslagen. Het videocamera-opnametoestel heeft een optische zoomfunctie die tijdens video-opnamen kan worden gebruikt.
8525 80 91
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 3 op afdeling XVI en de tekst van de GN-codes 8525, 8525 80 en 8525 80 91. Het videocamera-opnametoestel kan niet als televisiecamera in de onderverdelingen 8525 80 11 of 8525 80 19 worden ingedeeld omdat het toestel zowel stilstaande beelden als videobeelden kan opnemen. Op grond van aantekening 3 op afdeling XVI, is de hoofdfunctie het opnemen en opslaan van videobeelden, omdat het toestel video-opnamen kan maken met een hogere resolutie dan 800 × 600 gedurende ongeveer 42 minuten, gebruikmakend van een resolutie van 1280 × 720 pixels met 30 beelden per seconden (30 fps). Verder heeft het videocamera-opnametoestel een optische zoomfunctie die tijdens video-opnamen kan worden gebruikt. (Zie de GN-toelichtingen bij onderverdelingen 8525 80 91 en 8525 80 99). Aangezien het toestel alleen het door de televisiecamera geregistreerde beeld en
geluid kan opnemen, wordt het ingedeeld als videocamera-opnametoestel (videocamcorder) in onderverdeling 8525 80 91.

5.Overwegingen van de rechtbank

De rechtbank heeft ten aanzien van het geschil, voor zover van belang, het volgende overwogen:
“5.1. Voor de indeling zijn wettelijk bepalend de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen of op de hoofdstukken. Het is vaste rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ), dat in het belang van de rechtszekerheid en van een gemakkelijke controle, het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen in de regel moet worden gezocht in hun objectieve kenmerken en eigenschappen zoals deze in de tekst van de post zijn omschreven. De door de Commissie vastgestelde toelichtingen op de GN en de in het kader van de Werelddouaneorganisatie uitgewerkte toelichtingen op het geharmoniseerd systeem inzake de omschrijving en de codering van goederen (hierna: GS) zijn, hoewel rechtens niet bindend, belangrijke hulpmiddelen bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende tariefposten. Voorts kan volgens de rechtspraak van het HvJ de bestemming van het product een objectief indelingscriterium zijn, wanneer die bestemming inherent is aan het product. De inherentie moet kunnen worden beoordeeld aan de hand van de objectieve kenmerken en eigenschappen van het product (zie onder meer de arresten van 4 maart 2004, Krings, C-130/02, Jurispr. blz. I-2121, punt 28, en van 17 maart 2005 Ikegami, C-467/03, Jurispr. blz. I-2389).
5.2.
Eiseres onderbouwt haar stelling dat de camera als een digitaal fototoestel moet worden ingedeeld onder goederencode 8525 80 30 door te wijzen op het ontbreken van de optische zoom, waarover volgens de GN-toelichting de videocamera-opnametoestellen die onder goederencode 8525 80 91 vallen altijd beschikken. Eiseres wijst daarbij ook op de uitspraak van het Finanzgericht te Düsseldorf, nr. 4 K 1922/09 Z,EU. Voorts wijst eiseres op de omstandigheid dat de camera niet in staat is, gebruikmakend van de maximale opslagcapaciteit, om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger). Volgens de GN-toelichting is hij dan uitgesloten van de mogelijkheid om als digitale videocamera-opnametoestel te worden ingedeeld. De omstandigheid dat het interne geheugen kan worden uitgebreid met een extern geheugen (SD- of MMC-kaart), waardoor het wel mogelijk is bedoelde opname te maken, moet gelet op het arrest van het HvJ van 27 september 2007 in de gevoegde zaken C-208/06 en C-209/06 buiten beschouwing worden gelaten, omdat het een aanpassing na de invoer betreft die op het moment van invoer niet in aanmerking mag worden genomen. De externe geheugenkaart wordt niet bij de camera meegeleverd. Voorts wijst eiseres op de uitspraak van het Finanzgericht Düsseldorf, nr. 4 K 1294/12 Z,EU, waarin de onderhavige camera is ingedeeld in de door haar voorgestane goederencode. Het uiterlijk van de camera is niet van doorslaggevende betekenis voor de indeling.
5.3.
Verweerder voert aan dat de uiterlijke verschijningsvorm die van een videocamera is. De camera heeft een uitklapbaar beeldscherm en lijkt daarmee niet op een digitaal fototoestel. Het is met deze camera’s gezien de vorm en de wijze van vasthouden lastiger om foto’s te maken dan met een gebruikelijk type fotocamera. In de gebruikershandleiding wordt het gebruik van de camera als videocamera-opnametoestel als eerste genoemd en ook het meest uitgebreid besproken. De camera wordt aangeduid als ‘Videoshot HDV1080’. Het bestemmingscriterium bij de indeling van goederen is hier van toepassing. De camera is in staat, gebruikmakend van de maximale opslagcapaciteit, om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger). Dat hiervoor gebruik moet worden gemaakt van een externe geheugenkaart is niet van belang. Door de latere plaatsing van de geheugenkaart wordt immers materieel en functioneel niets aan de camera gewijzigd. De door eiseres aangevoerde jurisprudentie van het HvJ is hier niet van toepassing. De camera beschikt wel over een digitale zoomfunctie. In de gebruikershandleiding staat dat deze functie tijdens het filmen kan worden gebruikt. Verweerder wijst op de aard van de toelichting als zijnde een nuttig hulpmiddel, maar niet wettelijk bepalend en acht het criterium van de opnameduur doorslaggevend. Verweerder is het niet helemaal eens met de feiten die het Finanzgericht in de uitspraak nr. 4 K 1294/12 Z,EU heeft vastgesteld. Zo kan de camera tijdens het filmen wel inzoomen en is de kwaliteit van de bewegende beelden minder slecht dan het Finanzgericht aanneemt. De verwarring ten aanzien van het inzoomen is wellicht ontstaan doordat de camera niet kan inzoomen wanneer de stabilisatieoptie is geactiveerd.
5.4.
Tussen partijen is niet in geschil dat de camera meerdere functies heeft en dat de hoofdfunctie die kenmerkend is voor het complex, die van digitale fotocamera of digitaal videocamera-opnametoestel is. De rechtbank heeft geen reden hieraan te twijfelen en volgt partijen hierin.
5.5.
De camera is in staat, gebruikmakend van de maximale opslagcapaciteit, om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger). Dat daarbij gebruik moet worden gemaakt van een extern geheugen (SD- of MMC-kaart) acht de rechtbank niet van belang. Anders dan eiseres bepleit is het arrest van het HvJ van 27 september 2007 in de gevoegde zaken C-208/06 en
C-209/06 hier niet van toepassing. De camera heeft er na de invoer geen functie bij gekregen. Het plaatsen van de geheugenkaart is niet gelijk aan het toevoegen van extern materiaal om de functie te activeren, omdat de functie bij de invoer reeds aanwezig is en daarna niet geactiveerd behoeft te worden. De camera voldoet wat betreft de opnameduur aan de GN-toelichting op de onderverdeling voor videocamera-opnametoestel. Indeling als videocamera-opnametoestel stuit echter af op de kwaliteit van de filmopname wanneer de digitale zoom wordt gebruikt. De aanwezigheid van een (digitale) zoomfunctie van voldoende kwaliteit acht de rechtbank een belangrijke eigenschap van een videocamera-opnametoestel. De camera beschikt over een digitale zoom, die tijdens het filmen kan worden gebruikt. Tussen partijen is niet in geschil dat de camera bij gebruikmaking van de digitale zoom niet aan de kwaliteitseis ‘800 × 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger)’ blijft voldoen. Hoe meer de camera inzoomt, hoe slechter de beelden worden. Bij de maximale zoom (8 x) zijn de pixels duidelijk zichtbaar en is het beeld vlekkerig. Deze bevindingen komen overeen met de feiten die zijn opgenomen in de uitspraak van 22 augustus 2012 van het Finanzgericht te Düsseldorf. Laatstgenoemde rechterlijke instantie heeft de camera ingedeeld als digitaal fototoestel, omdat deze bij het gebruik van de digitale zoomfunctie dermate slechte beelden aflevert dat deze op zijn minst weinig bruikbaar zijn (punt 31). Hoewel het toestel er als een videocamera-opnametoestel uitziet, blijft het opnemen van videobeelden gelet op het vorenoverwogene een bijkomstige functie. De rechtbank ziet, gelet op de, tussen partijen niet bestreden, prestaties van de camera geen aanleiding om tot een andere indeling te komen dan het Finanzgericht.
5.6.
Uit het vorenstaande volgt dat het gelijk aan eiseres is. De camera moet worden ingedeeld onder de GN-code 8525 80 30. Het beroep is gegrond.”

6.Beoordeling van het geschil

6.1.
Het Hof stelt voorop dat goederen dienen te worden ingedeeld naar hun hoofdfunctie (HvJ EU 11 juni 2015, C-58/14, Amazon EU, Sarl, punt 23 en 25). Zulks volgt voor de onderwerpelijke toestellen bovendien uitdrukkelijk uit aantekening 3 op afdeling XVI van de gecombineerde nomenclatuur. Bij de bepaling van de hoofdfunctie kan de bestemming een objectief indelingscriterium zijn, waarbij rekening moet worden gehouden met wat voor de consument hoofd- en bijzaak is (vgl. HvJ EU 14 april 2011, British Sky Broadcasting Group plc (C-288/09) en Pace plc (C-289/09), punt 76 en 77, hierna arrest British Sky).
6.2.
De toestellen hebben het uiterlijk van een videocamera; op de verpakking worden in de eerste plaats de video-eigenschappen van de toestellen aangeprezen en worden de toestellen aangeduid als “Videoshot”. Gelet op de vormgeving en de daaruit voortvloeiende wijze van vasthouden zijn de toestellen naar ’s Hofs oordeel minder geschikt voor het maken van foto’s dan traditioneel vormgegeven fotocamera’s.
6.3.
Vast staat voorts dat de toestellen voldoen aan het criterium genoemd in de GN-toelichting op de onderverdelingen 8030, 8091en 8099 van post 8525, inhoudende dat zij in staat zijn om 30 of meer minuten video in één opname op te nemen met een resolutie van 800 x 600 pixels (of hoger) bij 23 beelden per seconde (of hoger). Hieraan doet niet af dat, om aan deze voorwaarden te voldoen, plaatsing van een zogenoemde geheugenkaart noodzakelijk is, die bij invoer niet aanwezig is, aangezien de toestellen zijn ingericht voor plaatsing van zo’n geheugenkaart, en voorts de mogelijkheid om aan deze voorwaarden te voldoen functioneel en materieel reeds aanwezig is. Derhalve is geen sprake van een materiële wijziging van de goederen om die functie te activeren, als bedoeld in het arrest van het Hof van Justitie EU van 27 september 2007 in de gevoegde zaken C-208/06 en C-209/06, Medion AG en Canon Deutschland GmbH, punt 43. Uit voormeld arrest British Sky, punt 73, leidt het Hof af dat het de Europese Commissie is toegestaan om een dergelijk kwantitatief onderscheidingscriterium op te nemen in de GN-toelichting.
6.4.
Gelet op het vorenoverwogene is de hoofdfunctie van de toestellen die van videocamera-opnametoestel. De toestellen kunnen reeds daarom niet worden aangemerkt als digitale fototoestellen van GN-onderverdeling 8525 80 30.
6.5.
De omstandigheid dat de toestellen, in afwijking van de bewoordingen van de GN-toelichting op de onderverdelingen 8525 80 91 en 8525 80 99, niet beschikken over een optische zoomfunctie, staat niet aan voormeld oordeel in de weg. Zulks volgt uit het arrest van het Hof van Justitie EU van 5 maart 2015 in de zaak C-178/14 (Vario Tek GmbH), waarin dit Hof, voorzover hier van belang, het volgende heeft geoordeeld:
“De gecombineerde nomenclatuur in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, in de versie van verordening (EU) nr. 1006/2011 van de Commissie van 27 september 2011, moet aldus worden uitgelegd dat de omstandigheid dat in sportbrillen ingebouwde videocamera’s zoals in het hoofdgeding aan de orde niet over een “optische zoomfunctie” beschikken, er niet aan in de weg staat dat deze brillen worden ingedeeld in de onderverdelingen 8525 80 91 en 8525 80 99 van deze nomenclatuur.”.
6.6.
Ook de omstandigheid dat bij gebruikmaking van de (wel aanwezige) digitale zoomfunctie de kwaliteit van de filmopnamen sterk afneemt, doet niet af aan het sub 6.4 gegeven oordeel, nu in elk geval de zonder inschakeling van die functie gemaakte filmbeelden aan het sub 6.3 genoemde kwantitatieve criterium voldoen.
6.7.
De onderhavige toestellen dienen te worden ingedeeld onder goederencode 8525 80 91.
Slotsom
6.8.
De slotsom is dat het hoger beroep van de inspecteur gegrond is, zodat de uitspraak van de rechtbank dient te worden vernietigd.

7.Kosten

Voor een kostenveroordeling als bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht acht het Hof geen termen aanwezig.

8.Beslissing

Het Hof:
  • vernietigt de uitspraak van de rechtbank;
  • verklaart het beroep tegen de uitspraak op bezwaar ongegrond.
De uitspraak is gedaan door mrs. A. Bijlsma, voorzitter, B.A. van Brummelen en E. Polak, leden van de douanekamer, in tegenwoordigheid van mr. N.A.J. den Ouden als griffier. De beslissing is op 26 november 2015 in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1. bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
2. het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.