ECLI:NL:GHAMS:2015:5023
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Uitleg overeenkomst tot verdeling woning na beëindiging affectieve relatie met betrekking tot geldleningsovereenkomst
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Waste Land Developments B.V. tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een geldleningsovereenkomst tussen Waste Land en [geïntimeerde], die voortvloeit uit een affectieve relatie tussen [X] (de directeur van Waste Land) en [geïntimeerde]. De rechtbank had in het bestreden vonnis geoordeeld dat [geïntimeerde] niet langer gehouden was aan de geldleningsovereenkomst, omdat [X] de hypotheek bij Waste Land voor zijn rekening zou nemen. Waste Land is het hier niet mee eens en vordert dat het hof het vonnis vernietigt en de vordering van [geïntimeerde] afwijst.
De feiten zijn als volgt: [X] en [geïntimeerde] hebben samen een woning gekocht, gefinancierd met een hypothecaire lening bij ABN AMRO. Na de beëindiging van hun relatie zijn er afspraken gemaakt over de verdeling van de woning en de bijbehorende schulden. Waste Land heeft in eerste aanleg gevorderd de geldleningsovereenkomst te ontbinden en betaling van een bedrag van € 304.956,25 door [geïntimeerde]. De rechtbank heeft deze vordering afgewezen en de vordering van [geïntimeerde] tot opheffing van de gelegde beslagen toegewezen.
In hoger beroep heeft Waste Land de grieven ingediend, maar het hof oordeelt dat de afspraken in de volmacht tussen [X] en [geïntimeerde] zo moeten worden uitgelegd dat [X] instaat voor de betaling van rente en aflossing aan Waste Land. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en wijst de vordering van Waste Land af, waarbij Waste Land wordt veroordeeld in de proceskosten van het geding in hoger beroep.