Uitspraak
mrs. F.M. Petersen
M.D. Hazenberg, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.[B] ,
mr. C.J. Jager, kantoorhoudende te Amsterdam,
2.[D] ,
mrs. J.A. Meijeren
K. ter Hart, beiden kantoorhoudende te Den Haag,
3.[C] ,
mrs. I.S. Oosterhoffen
R.J.T. Kamstra, kantoorhoudende te Amsterdam.
1.Het verloop van het geding
- verzoeker als [A] ;
- verweersters 1 tot en met 4 ieder afzonderlijk als respectievelijk Leaderland TTM, Leaderland I, Leaderland II en Leaderland III en gezamenlijk als Leaderland c.s.;
- belanghebbende 1 als [B] ;
- belanghebbende 2 als [D] ;
- belanghebbende 3 als [C] .
alle (toekomstige) procedures en zaken waarbij geen andere partijen betrokken zijn dan (…) [A] , ( [B] ), ( [D] ), ( [C] ), (Leaderland c.s.), [E] [B] , SC Raw Materials B.V., SC Investment Group BVBA, [F] , [G] , OOO Soyuz TTM, OOO Soyuz Corporation, OO Soyuz M, SC Financial Investment Group BVI”, en
in de navolgende procedures:
cassatieberoep in Rusland;
het hoger beroep tegen het (…) vonnis van de rechtbank Lelystad;
de vrijwaringsprocedure in de [F] procedure;
de (nog te starten) procedure tegen [A] in verband met onrechtmatig gelegd beslag; en
het eventueel door [B] c.s. te starten voorlopig getuigenverhoor betreffende EFKO en de lange termijn contracten.”
2.De gronden van de beslissing
het gelet op het ontbreken van bezwaren van de zijde van Leaderland c.s., de veelheid aan procedures die spelen tussen partijen die allen nauw betrokken zijn bij het onderzoek, de inhoud van het onderzoeksrapport en de wijze waarop de geheimhoudingsplicht wordt ingezet als tactisch middel door de andere belanghebbenden, niet langer opportuun is” dat het onderzoeksverslag alleen ter inzage ligt voor belanghebbenden.
de geheimhoudingsplicht wordt ingezet als tactisch middel door de andere belanghebbenden”, ziet de Ondernemingskamer in hetgeen [A] heeft aangevoerd, noch afzonderlijk noch in onderlinge samenhang beschouwd, reden om te bepalen dat het onderzoeksverslag voor een ieder ter inzage ligt en daarmee terug te komen van de eerdere beslissing in de beschikking van 28 april 2015 tot ter inzagelegging van het onderzoeksverslag voor belanghebbenden.
3.De beslissing
mr. M.M.M. Tillema en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en drs. P.R. Baart en H. de Munnik, raden, in tegenwoordigheid van mr. R. Verheggen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 26 oktober 2015.