ECLI:NL:GHAMS:2015:4261
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Huurachterstand en ontruimingsvordering in hoger beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellante] tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, waarin Delta Lloyd als eiseres een vordering tot betaling van huurachterstand en ontruiming van de woning had ingesteld. [appellante] had een huurachterstand van drie maanden en was in hoger beroep gekomen na een vonnis van 12 december 2014. Delta Lloyd was niet verschenen in de hoger beroepsprocedure, en er was verstek verleend. In haar memorie van grieven heeft [appellante] betoogd dat de huurachterstand niet voldoende grond biedt voor de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. Ze heeft ook bewijs aangeboden van haar stellingen en verzocht om vernietiging van het bestreden vonnis.
Het hof heeft vastgesteld dat [appellante] in de loop van 2014 een huurachterstand heeft laten ontstaan, maar dat er geen eerdere substantiële huurachterstanden waren. [appellante] heeft aangegeven dat haar psychische gesteldheid en financiële problemen de oorzaak waren van de huurachterstand. Het hof oordeelt dat onder de geschetste omstandigheden de vorderingen van Delta Lloyd tot ontbinding en ontruiming niet hadden moeten worden toegewezen zonder een mondelinge behandeling of het verlenen van een termijn om de achterstand in te lopen. Het hof heeft de grieven van [appellante] gegrond verklaard en het vonnis gedeeltelijk vernietigd, maar bekrachtigde de veroordeling tot betaling van een deel van de huurachterstand en de buitengerechtelijke kosten. De proceskosten werden gecompenseerd en Delta Lloyd werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.