3.2.Samengevat weergegeven gaat het in deze zaak om het volgende.
3.2.1.Toen [naam] (verder: [X] ) twee jaar oud was, is hij geraakt door een draaiende molenwiek. Als gevolg daarvan heeft [X] blijvend hersenletsel opgelopen. [X] heeft tot het overlijden van zijn vader in 1977 op basis van kost en inwoning bij hem in het ouderlijk huis gewoond. Daarna is [X] in hetzelfde flatgebouw gaan wonen als een van zijn broers, [Y] .
3.2.2.Op 19 juni 1980 heeft notaris [naam] , de vader van notaris sub 1, een testament gepasseerd van [X] . In dit testament heeft [X] zijn twee nichten - onder wie klaagster - tot zijn enige erfgenamen benoemd. [naam] was op dat moment verbonden aan het notariskantoor in [plaats] .
3.2.3.Bij akte van levering van 23 augustus 1985, verleden voor notaris sub 3, heeft [X] een woning in eigendom verkregen. Vanaf het moment dat [X] in die woning woonde, werd hij in de huishouding en bij de bewassing geholpen door [naam] (verder: [A] ). In het verleden, vanaf het overlijden van de moeder van [X] , was [A] jarenlang de huishoudhulp geweest van [X] en zijn vader. Op enig moment is [A] ook de maaltijden voor [X] gaan verzorgen. De administratie van [X] werd verzorgd door [Y] .
3.2.4.In 1998 is, nadat [Y] was overleden, in overleg met klagers besloten dat de echtgenoot van [A] , [naam] (verder: [B] ), de administratie voor [X] zou gaan verzorgen. Verder werd afgesproken dat [A] de pinpas van [X] bij zich zou houden, zij [X] elke week zakgeld zou geven en zij van de bankrekening van [X] geld kon opnemen om daarvan haar kosten en boodschappen voor [X] te betalen.
3.2.5.Notaris sub 2 heeft op 20 mei 1999, als kandidaat-notaris in de waarneming van notaris sub 3, een nieuw testament van [X] verleden. In dit testament heeft [X] de twee dochters van het echtpaar [B] als zijn enige erfgenamen benoemd en [B] benoemd als executeur.
3.2.6.Bij koopovereenkomst van 29 september 2009 heeft [X] zijn woning voor een bedrag van € 75.000,- verkocht aan een buurtgenoot. In die koopovereenkomst is vermeld dat de akte van levering zou worden verleden voor [naam] , notaris te [plaats] (verder: [Z] ). Toen de familie [B] van de verkoop kennis nam, is de verkoop in overleg met klagers teruggedraaid.
3.2.7.Vervolgens heeft klaagster een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Middelburg, sector kanton, strekkende tot instelling van een mentorschap ten behoeve van [X] en tot onderbewindstelling van zijn vermogen. Bij beschikking van 3 december 2009 is dit verzoek toegewezen. Klagers zijn hierbij tot bewindvoerders en mentoren benoemd.
3.2.8.[X] is op 23 maart 2010 opgenomen in een verpleeghuis, waar hij op 23 februari 2011 op 88-jarige leeftijd is overleden. [X] is nooit gehuwd geweest en heeft geen nakomelingen achtergelaten. Naar versterfrecht zouden klaagster en haar nicht de enige erfgenamen van [X] zijn geweest.
3.2.9.Na het overlijden van [X] hebben klagers aangifte van verduistering tegen het echtpaar [B] gedaan vanwege overboeking van het spaargeld van [X] naar een eigen rekening in 2006. Ook zijn klagers een civiele procedure gestart tegen het echtpaar [B] en hun twee dochters en in eerste instantie ook tegen notaris sub 1, strekkende tot nietigverklaring, althans vernietiging van de testamenten van [X] .