ECLI:NL:GHAMS:2015:3364
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C.E. Buitendijk
- H.A. van den Berg
- J. Louwinger-Rijk
- Rechtspraak.nl
Vernietiging erkenning van vaderschap na DNA-onderzoek en alimentatiekwesties
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 augustus 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de erkenning van vaderschap en de bijbehorende alimentatieverplichtingen. De man, appellant, heeft op 24 november 2014 hoger beroep ingesteld tegen de beschikkingen van de rechtbank Noord-Holland van 27 augustus 2014. De vrouw, geïntimeerde, heeft op 16 januari 2015 een verweerschrift ingediend. De man heeft in 2012 een verzoek tot vernietiging van zijn erkenning van het kind ingediend, nadat uit DNA-onderzoek was gebleken dat hij niet de biologische vader was. De rechtbank had de man niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot vernietiging van de erkenning. Het hof heeft vastgesteld dat de man, ondanks eerdere DNA-testen die tegenstrijdige resultaten gaven, uiteindelijk op 23 juni 2014 onomstotelijk heeft vastgesteld dat hij niet de biologische vader is. Het hof oordeelt dat de man zijn verzoek tot vernietiging van de erkenning tijdig heeft ingediend en dat de erkenning dient te worden vernietigd. Tevens heeft het hof geoordeeld dat de man geen onderhoudsverplichting heeft, aangezien hij niet de biologische vader is. De vrouw is veroordeeld in de proceskosten van de man, omdat zij relevante informatie heeft achtergehouden over de deelname van de biologische vader aan het DNA-onderzoek. De uitspraak leidt tot de vernietiging van de eerdere beschikkingen en de afwijzing van het verzoek van de vrouw om alimentatie.