Uitspraak
mr. E.F. Renes, kantoorhoudende te Amsterdam,
zonder advocaat.
Gerechtshof Amsterdam
In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 6 augustus 2015, wordt de vergoeding van de onderzoeker vastgesteld in een enquêterechtelijke procedure. De zaak betreft een verzoek van [A], wonende te [....], tegen de besloten vennootschap H.R.C. HOLDING B.V., gevestigd te Amsterdam. De Ondernemingskamer heeft eerder in deze procedure, met beschikkingen van 25 november 2014, 3 december 2014, 25 maart 2015 en 24 juli 2015, een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van H.R.C. HOLDING B.V. en de kosten van dit onderzoek vastgesteld op € 23.500 (exclusief btw). Mr. E. Hammerstein is aangewezen als onderzoeker.
De onderzoeker heeft op 23 juli 2015 een verslag van het onderzoek ingediend, waarin een totaalbedrag van € 19.056,07 in rekening is gebracht voor de verrichte werkzaamheden. De Ondernemingskamer heeft in haar beschikking van 24 juli 2015 bepaald dat het verslag ter inzage ligt voor belanghebbenden en partijen in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de vergoeding van de onderzoeker. Van de advocaten van partijen is echter geen reactie ontvangen.
De Ondernemingskamer heeft in haar beslissing geoordeeld dat de in rekening gebrachte vergoeding het vastgestelde budget niet overschrijdt en dat er geen bezwaren zijn aangevoerd tegen de hoogte van de vergoeding. De vergoeding wordt daarom vastgesteld op € 19.056,07, exclusief omzetbelasting, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad. Deze beslissing is genomen door de voorzitter en de raadsheren van de Ondernemingskamer, in aanwezigheid van de griffier, en is openbaar uitgesproken.