ECLI:NL:GHAMS:2015:3214
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtrechtelijke klacht tegen gerechtsdeurwaarder wegens onzorgvuldig handelen en omzeilen van beslagverbod
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 juli 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht tegen een gerechtsdeurwaarder. Klager, die als bewindvoerder was aangesteld, verwijt de gerechtsdeurwaarder dat zij onder druk van een beslaglegging een machtiging heeft laten ondertekenen door [x], terwijl de gerechtsdeurwaarder op de hoogte was van het beschermingsbewind. Klager stelt dat de gerechtsdeurwaarder willens en wetens heeft geprobeerd het beslagverbod op de kinderbijslag te omzeilen en dat zij heeft geweigerd om een kopie van de machtiging aan klager te verstrekken, wat zou wijzen op een poging om het proces te frustreren.
Het hof heeft de klacht van klager gedeeltelijk gegrond verklaard. Het hof oordeelt dat de gerechtsdeurwaarder onzorgvuldig heeft gehandeld door de machtiging te laten ondertekenen zonder voldoende informatie over het bewind te hebben. De gerechtsdeurwaarder had verder moeten doorvragen naar de aard van het bewind, vooral omdat zij telefonisch contact had met klager. Het hof heeft echter niet kunnen vaststellen dat de gerechtsdeurwaarder druk heeft uitgeoefend op [x] om de machtiging te ondertekenen.
De klacht met betrekking tot het omzeilen van het beslagverbod en het niet verstrekken van een kopie van de machtiging is ongegrond verklaard. Gezien de ernst van het handelen van de gerechtsdeurwaarder heeft het hof de maatregel van berisping opgelegd. De eerdere beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders is vernietigd, en het hof heeft de klacht met betrekking tot de machtiging gegrond verklaard, terwijl de overige klachten ongegrond zijn verklaard.