“(…)
Op 25 januari 2007 zag ik op uw verwijzing bovengenoemde patient op de polikliniek
Psychiatrie (...). U verwees patient met als vraagstelling: onderzoek i.v.m. klachten van
onzekerheid en angst.
Anamnese van de klachten:
Patient begint het gesprek met te vertellen dat hij 5 jaar geleden een drietal contacten heeft
gehad met collega Gerards op de polikliniek Psychiatrie van het Catharina-ziekenhuis. Dit
omdat hij, zoals hij dat zelf noemt, ‘seksverslaafd’ was. Deze gesprekken verliepen voor
patient teleurstellend. Met betrekking tot de seksverslaving vertelt patient dat hij vanaf de
puberteit geobsedeerd was door seks. (...) Dit leidde tot problemen in relatie tot zijn
echtgenote. Patient vermoedt dat een en ander te maken heeft met zijn jeugd (...) Moeder
was een dominante vrouw, evenals zijn echtgenote. Dit laatste leidde ook tot problemen in
de relatie.
Patient zegt altijd een wat verlegen, wat onzekere. angstige man te zijn geweest. Deze
klachten nemen toe wanneer het hem tegenzit. Hij noemt een periode in 2004 toen hij en
zijn vrouw enkele maanden uit elkaar zijn geweest. Hij had toen veel last van
verlatingsangst, en was somber (veel heftiger dan nu) aldus patient. Voorts had hij
kortdurend (4 weken) meer klachten in 2005 i.v.m. een dreigend ontslag. Hij gebruikte toen
enkele weken een antidepressivum in lage dosering. In oktober 2006 heeft de echtgenote
van patient besloten de huwelijksrelatie te beeindigen: patient vond vrij snel (...) een
nieuwe vriendin (...) Hij is heel gelukkig met haar. Toch kreeg hij klachten van
onzekerheid, wat gedrukte stemming, angstig. Daarnaast slecht slapen (patient slaapt
overigens zijn hele leven al slecht). (...) Overigens gaat het de laatste week volgens patient
beter, met name ook omdat hij beter slaapt sinds hij Trazolan gebruikt.
Patient meent geen psychiatrische ziekte te hebben. Zijn klachten komen, zo meent hij,
voort uit zijn karakter. Hij wil graag therapie (noemt cognitieve therapie, of hypnose) om er
achter te komen waar deze klachten vandaan komen, zodat hij niet weer een terugval zal
hebben bij eventuele tegenslagen in de toekomst.
(...)
Conclusie:
Aanpassingsstoornis met angst, samenhangend met echtscheidingsproblematiek.
Beleid:
Er is geen indicatie voor psychiatrische behandeling. Patient vraagt om psychotherapeutische behandeling, hoewel hij daar in de loop van het gesprek weer wat aan begint te twijfelen. Ik spreek met hem af dat hij over een eventuele verwijzing voor psychotherapeutische behandeling met u zal overleggen. (…)”