ECLI:NL:GHAMS:2015:2671

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
22 juni 2015
Publicatiedatum
1 juli 2015
Zaaknummer
200.145.443/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanwijzing van een onderzoeker en een commissaris in een ondernemingsrechtelijke procedure

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 22 juni 2015, wordt een verzoek behandeld van Wilhelmus Gerardus Gustave Graven tegen Clifden B.V. en andere verweerders. De Ondernemingskamer heeft eerder, op 16 juni 2015, een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Clifden B.V. en de aan te wijzen personen als onderzoeker en commissaris. In deze beschikking worden de namen van de aangewezen personen bekendgemaakt. Mr. C.F. Mijs is aangewezen als onderzoeker en mr. H.C. den Hollander als commissaris. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van het Gerechtshof, waarbij de voorzitter en de raadsheren aanwezig waren, evenals de griffier. De beschikking is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

Beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.145.443/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 22 juni 2015
inzake
Wilhelmus Gerardus Gustave GRAVEN,
wonende te Ridderkerk,
VERZOEKER,
advocaat:
mr. D. Engelen, kantoorhoudende te Rotterdam,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CLIFDEN B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RAND HOLDING B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DR. VAN SON’S TUINDORP APOTHEEK B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
VERWEERSTERS,
advocaten: aanvankelijk
mrs. M.J. Siegersen
A.J.G. Vegt, thans
mrs. H.J. Breemanen
A.J.G. Vegt, kantoorhoudende te Rotterdam,
e n t e g e n
Gerardus Bernardus HOF,
wonende te Ouddorp,
BELANGHEBBENDE,
advocaten: aanvankelijk
mrs. M.J. Siegersen
A.J.G. Vegt, thans
mrs. H.J. Breemanen
A.J.G. Vegt, kantoorhoudende te Amsterdam.
1.
Het verloop van het geding
1.1 Verweersters zullen hierna gezamenlijk worden aangeduid als Clifden c.s.
1.2 Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikking van 16 juni 2015 in deze zaak.
1.3 Bij die beschikking heeft de Ondernemingskamer - voor zover thans van belang - een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Clifden c.s., een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot onderzoeker benoemd, en bij wijze van onmiddellijke voorziening en vooralsnog voor de duur van het geding een nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon tot commissaris van Clifden c.s. benoemd.

2.De gronden van de beslissing

De Ondernemingskamer zal thans de hierna te vermelden personen aanwijzen als onderzoeker respectievelijk commissaris, een en ander zoals bedoeld in de beschikking van 16 juni 2015.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
wijst aan als onderzoeker, zoals bedoeld in de beschikking van 16 juni 2015 in deze zaak:
mr. C.F. Mijs te Rotterdam;
wijst aan als commissaris, zoals bedoeld in de beschikking van 16 juni 2015 in deze zaak:
mr. H.C. den Hollander te Bussum;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. A.M.L. Broekhuijsen-Molenaar en mr. M.M.M. Tillema, raadsheren, en mr. drs. B.M. Prins RA en dr. P.M. Verboom, raden, in tegenwoordigheid van mr. M.A. Sterk, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 22 juni 2015.