Uitspraak
1.Het geding in hoger beroep
2.De stukken van het geding
3.De feiten
4.Het standpunt van klager
20 december 2005 van erflaatster. De notaris heeft het concepttestament – waarvan de inhoud bij klager bevreemding wekt – op 3 april 2007 niet aan erflaatster verstuurd. Op 4 april 2007 is het testament verleden in het verzorgingstehuis waar erflaatster destijds verbleef. Er was echter volgens klager geen (medische) noodzaak om het opstellen en passeren van het testament in een dergelijk kort tijdsbestek te laten plaatsvinden. Voornoemde omstandigheden hadden bij de notaris twijfel moeten doen rijzen over de wilsbekwaamheid van erflaatster op 4 april 2007. Als gevolg daarvan had de notaris extra oplettendheid dienen te betrachten en nader onderzoek moeten doen aan de hand van het Stappenplan Beoordeling Wilsbekwaamheid van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (hierna: het Stappenplan). De notaris heeft niet aangetoond dat hij een dergelijk onderzoek heeft verricht. Tot slot had de notaris erflaatster inzage moeten verlenen van het testament.