Eiseressen (hierna XBC c.s. te noemen) hebben bij exploot van 6 juni 2014 gedaagden gedagvaard ter terechtzitting van de Ondernemingskamer en op de voet van artikel 2:92a BW gevorderd – zakelijk weergegeven – dat de Ondernemingskamer bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
a. gedaagden en degenen aan wie de aandelen zullen toebehoren zal veroordelen het onbezwaarde recht op de aandelen in de naamloze vennootschap Xeikon N.V. (hierna Xeikon te noemen), waarvan zij houder zijn, aan XBC B.V. (hierna XBC te noemen) over te dragen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2:92a BW;
b.
primair,de prijs van de over te dragen aandelen vast zal stellen op € 5,85 per aandeel,
subsidiair, de prijs van de over te dragen aandelen vast zal stellen in Euro op een door de Ondernemingskamer te bepalen datum;
c. zal bepalen dat, zolang en voor zover de prijs niet is betaald, deze wordt verhoogd met de wettelijke rente vanaf de datum van het arrest tot aan de datum van de overdracht of de dag van consignatie van de prijs met rente overeenkomstig artikel 2:92a lid 8 BW;
d. zal bepalen dat uitkeringen die in het hiervoor onder c bedoelde tijdvak op de aandelen betaalbaar worden gesteld, strekken tot gedeeltelijke betaling van de prijs op de dag van de betaalbaarstelling;
e. XBC zal veroordelen de vastgestelde prijs, met rente als voormeld, te betalen aan degenen aan wie de aandelen toebehoren of zullen toebehoren, tegen levering van het onbezwaarde recht op de aandelen;
f. gedaagden, voor zover zij verweer voeren tegen de vordering, zal veroordelen in de kosten van het geding, inclusief de nakosten te voldoen binnen zeven dagen na dagtekening van het arrest, onder bepaling dat indien de gedingkosten niet binnen genoemde termijn zijn voldaan, hierover vanaf de achtste dag wettelijke rente verschuldigd is.