ECLI:NL:GHAMS:2015:1207
Gerechtshof Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake opheffing van executoriale beslagen in kort geding
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding, waarbij de appellant, [appellant sub 1], en de besloten vennootschap EVEREG B.V., in hoger beroep zijn gekomen van een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de door de geïntimeerde, de vennootschap onder firma [geïntimeerde sub 1], gelegde executoriale beslagen niet opgeheven konden worden. De appellant verzocht om opheffing van deze beslagen, omdat hij meende dat de executie niet tot enige uitkering aan de beslaglegger zou leiden. Het hof overweegt dat de enkele onzekerheid over de uitkomst van de executie niet voldoende is om te concluderen dat er sprake is van misbruik van recht. De appellant heeft geen feiten aangedragen die erop wijzen dat de executie niet tot uitkering zal leiden. Daarnaast werd door de appellant een noodtoestand ingeroepen, maar het hof oordeelt dat de woonbelangen van de appellant niet zwaarder wegen dan de belangen van de geïntimeerde. De grieven van de appellant worden verworpen, en het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. De appellant wordt veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep.