ECLI:NL:GHAMS:2015:1031
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C.E. Buitendijk
- M. Wigleven
- M.E. Burger
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake gezamenlijk gezag en woonplaats van minderjarige in het kader van ouderschapsconflict
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de woonplaats van een minderjarige, [L], en de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken tussen de ouders, de vrouw en de man. De rechtbank had bepaald dat de vrouw en de minderjarige zich moesten vestigen in Weesp of binnen een afstand van maximaal 30 kilometer daarvan. De vrouw is in hoger beroep gegaan tegen deze beschikking, omdat zij van mening is dat een verhuizing niet in het belang van [L] is. De man heeft incidenteel appel ingesteld en verzoekt dat de vrouw zich op maximaal 15 kilometer van Weesp moet vestigen.
De vrouw heeft aangevoerd dat [L] goed gedijt in haar huidige omgeving en dat een verhuizing schadelijk zou zijn voor haar ontwikkeling. Bureau Jeugdzorg heeft bevestigd dat [L] geworteld is in haar huidige woonplaats en dat een verhuizing onrust met zich mee zou brengen. Het hof heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig afgewogen en is tot de conclusie gekomen dat de bestreden beschikking niet in het belang van [L] was. Het hof heeft de bestreden beschikking vernietigd voor zover deze de vrouw verplichtte zich in Weesp of binnen 30 kilometer daarvan te vestigen. Tevens is de zorgregeling aangepast, zodat de man [L] drie van de vier weekenden bij zich heeft, met de mogelijkheid dat de vrouw [L] bij de man brengt tot zondag 17.00 uur.
De beslissing van het hof benadrukt het belang van stabiliteit en continuïteit in de opvoedsituatie van [L], en dat een co-ouderschapsregeling op dit moment niet haalbaar is gezien de moeizame communicatie tussen de ouders. De uitspraak is gedaan op 31 maart 2015 door het Gerechtshof Amsterdam.