Tijdens de controle blijken er opmerkelijke overeenkomsten tussen de zeven coöperaties te bestaan. Het blijkt dat de coöperaties dezelfde werkwijze hebben en dat op eenzelfde tijdstip dezelfde handelingen plaatsvinden. In dit kader kunnen de navolgende punten worden genoemd:
1.) alle coöperaties kennen hetzelfde verleden; zij zijn op dezelfde dag (01/05/2002) afgesplitst/verzelfstandigd van hun oorspronkelijke leden ([G] B.V. en[G] N.V.). Deze afsplitsing/verzelfstandiging is op dezelfde dag (26/04/2002) en op dezelfde lokatie ([X]) tijdens opvolgende vergaderingen besloten. Na afsplitsing van [G]. is de werkwijze voortgezet, (het verkrijgen van certificaten vereist op basis van Vo(EEC)954/2002 dat de transacties nu daadwerkelijk via de coöperaties, en dus ook via de boekhouding van de coöperaties lopen.) Tot mei 2002 werden de transacties bij alle coöperaties meegenomen in de boekhouding van [G] B.V.
2.) alle coöperaties houden zich uitsluitend met exact dezelfde handel bezig; nl. de in- en verkoop en de import van bevroren GATT-rundvlees i.h.k.v. Vo(EEG) 954/2002, de in- en verkoop en de import van vers GATT-rundvlees i.h.k.v. Vo(EEG) 936/1997, en de in- en verkoop en de import van zuivelproducten i.h.k.v. Vo(EEG) 2535/2001.
3.) de coöperaties verwijzen bij de import van bevroren GATT-rundvlees diverse malen naar dezelfde leveranciers, inkoopcontractnummers, namen van zeeschepen en containernummers, (zie hiervoor transactiedetails onder 7.2.1 t/m 7.2.7)
4.) alle nieuwe bestuurders/leden van de coöperaties besteden hun feitelijke werkzaamheden bij inkoop, verkoop, import, opslag, vervoer en administratie uit. Daarbij kiezen zij allen voor dezelfde ondernemingen ([G] B.V., [I] BV, [J]), terwijl de administratie van de overige bedrijven van de bestuurders/leden van de coöperaties niet door [J] worden uitgevoerd.
5.) de zekerheidstelling van € 1.590.000,- ten behoeve van het P.V.E., is voor alle coöperaties op dezelfde dag gesteld door[bank], waarbij [G] B.V. voor alle coöperaties feitelijk borg staat.
6.) in alle gevallen (m.u.v. enkele transacties van [K] W.A.) verkopen de coöperaties het bevroren GATT- rundvlees door aan [G] B.V., tegen een niet-zakelijke prijs. Bij de eerste transacties in 2002 berekenen alle coöperaties geen bruto- winstopslag; deze handelwijze komt overeen met de handelwijze over 2000 en 2001, toen de coöperaties nog niet 'verzelfstandigd' waren en bestuurd werden door dhr.[Y] en mevr.[Z]. Op hetzelfde moment in 2002 gaan alle coöperaties een (minimale) brutowinstopslag berekenen.
7.) alle coöperaties ontvangen voor het 'in gebruik geven' van hun GATT-rechten een 'bestuursvergoeding'. Bij geen enkele coöperatie is schriftelijk vastgelegd, middels notulen, wanneer en hoe dit bepaald is.
8.) Alle coöperaties hebben op dezelfde dag een tweetal bankrekeningen geopend bij de [bank]. Bij alle coöperaties wordt voorafgaand aan de transacties 500 EURO op hetzelfde tijdstip door [G] B.V. op de EURO-bankrekening van de coöperatie gestort. Dit bedrag is steeds als 'bank charges' in de boekhouding opgenomen; een kostenfactuur hiervan is niet aangetroffen.
9.) aan alle coöperaties wordt op hetzelfde moment door [G] B.V. een 'marge' betaald.
10.) alle nieuwe leden van de coöperaties zijn het overeengekomen 'inleggeld' van 9.000 Euro t.o.v. de coöperatie nog altijd verschuldigd.
11.) Zoals aangegeven onder punt 7.6 van dit rapport wordt bij de aan- en verkoop van producten van leverander[O] in de purchase confirmations en de commercial invoices verwezen naar een contractnummer. Dit contractnummer verwijst naar een eerder door[O] verstuurde sales confirmation. Deze werkwijze vindt bij alle coöperaties plaats. Uit de diverse aangetroffen sales confirmations blijkt dat de producten aan [G] B.V. waren verkocht.
12.) Op 13 januari 2003 vindt bij alle coöperaties (m.u.v.[K]) eenzelfde transactie bevroren rundvlees plaats; het restant van de certificaathoeveelheid welke nog niet ingevoerd is, wordt door de coöperatie aangekocht bij [G] B.V., welke het direct weer afneemt. De coöperatie berekent de gebruikelijke geringe bruto-marge.
13.) Zoals aangegeven in hoofdstuk 7 van dit rapport worden er door de coöperaties in 2002 ook zuiveltransarties (Vo(EEG)2535/0l) gedaan. Op deze zuiveltransacties wordt geen bruto- winstmarge berekend. De transacties zijn op dezelfde dagen gefactureerd voor dezelfde hoeveelheden en voor hetzelfde bedrag.
Aankoop vindt altijd plaats bij[P 2] B.V. De afnemer is altijd [Q] B.V. Uit de gesprekken met enkele bestuurders van coöperaties bleek ons dat deze bestuurders deze zuiveltransacties niet of nauwelijks kenden.
14.) Zes coöperaties hebben bij notariële akte van 29/08/2003 een statuten- en naamswijziging ondergaan, waarbij verder de aansprakelijkheid is omgezet van W.A. naar U.A. Bij de laatste coöperatie is de omzetting nog niet doorgevoerd.
15.) Zoals aangegeven onder punt 7.7 van dit rapport is er bij diverse bestuurders van coöperaties onduidelijkheid over de verzekering van de producten tijdens transport. Door ons is in de administratie van de coöperaties over 2002 nergens een verzekering (geen polisblad noch premiekosten) aangetroffen. Hierover zijn door ons vragen gesteld. Later werd er vastgesteld dat er op 12 augustus 2003 door alle coöperaties met terugwerkende kracht tot 01/01/2003 een transportverzekering afgesloten was bij dezelfde verzekeringsmaatschappij[naam].
16.) Zoals eerder in dit rapport aangegeven zijn er geen notulen van vergaderingen. Ook op diverse andere momenten tijdens de controle is gevraagd om correspondentie, mailverkeer en vastleggingen van telefonische besprekingen; er blijkt geen enkele schriftelijke vastlegging te zijn.
Uit bovenstaande en uit verklaringen van dhr. K. Ockenburg van [G] B.V. en de bestuurders van diverse coöperaties blijkt dat de coöperaties zelf niet actief zijn bij de in- en verkoop, de invoer, het vervoer en de opslag van het bevroren GATT-rundvlees en het voeren van de administratie.
Deze werkzaamheden worden, namens de coöperaties, verricht door [G] B.V., [I] B.V. en[J].
[G] B.V. zou gebruik maken van de GATT-rechten van de coöperaties, en daarvoor een vergoeding betalen.
[G] B.V. regelt de in- en verkopen, waarbij de beslissing bij de coöperatie zou liggen.
Gezien het feit dat genoemde afspraken niet schriftelijk zijn vastgelegd is dit laatste voor ons niet controleerbaar.
Uit de gesprekken met de bestuurders van de coöperaties blijkt dat deze niet goed op de hoogte zijn van de dagelijkse gang van zaken binnen hun coöperatie.
Voordat een contractprijs tot stand komt zou altijd telefonisch overleg met de coöperatie plaatsvinden. Hiervan wordt niets vastgelegd.
Ook dit is voor ons niet controleerbaar.
Het is ons inziens niet logisch dat
allecoöperaties bij de eerste transacties geen bruto- winstmarge berekenen, maar het GATT-rundvlees voor dezelfde prijs doorverkopen aan [G] B.V., en het is, gezien de bijkomende administratieve kosten voor [J]., zakelijk ook niet logisch als de coöperaties hiermee telefonisch akkoord zouden zijn gegaan.
Gezien het feit dat de bruto-winstmarge bij de eerste transacties geheel en later vrijwel geheel terecht komt bij [G] B.V., en het feit dat [G] B.V. altijd (m.u.v. enkele transacties van [K] W.A.) de afnemer van het GATT- rundvlees is, lijkt dit te duiden op een overheersende invloed van [G] B.V. t.o.v. de coöperaties op het terrein van afzet en prijszetting.
Gezien het feit dat er opmerkelijk veel overeenkomsten bestaan in de werkwijze, de in- en verkoopprijzen en de afzet van de coöperaties, met name het feit dat alle coöperaties bij de eerste transacties geen bruto-winstmarge berekenen en allen op hetzelfde moment een bruto- winstmarge berekenen lijkt er sterk op te duiden dat [G] B.V. feitelijk, al dan niet namens de coöperatie(s), de leiding in handen heeft bij het in- en verkoopbeleid, inclusief het bepalen van de in- en verkoopprijzen, en de afzet van het rundvlees.
De beslissende rol van de coöperaties op de in- en verkoopprijzen is niet middels schriftelijke bescheiden aantoonbaar.
De bestuurders van de coöperaties geven aan geen contacten te onderhouden met andere coöperaties. Tijdens ons onderzoek is hier ook niets van gebleken.
Vastgesteld kan worden dat de zeven coöperaties, die duidelijk aangeven elkaar niet te kennen en op geen enkele wijze contact met elkaar hebben, toch exact dezelfde werkwijze hebben.
Ook op belangrijke beslispunten (zie ook punt 8. van dit rapport), wordt in elke coöperatie op hetzelfde moment een zelfde beslissing genomen. Het is uitgesloten dat de bestuurders van de zeven coöperaties, waarvan zojuist is vastgesteld dat zij nauwelijks bemoeienis hebben met de werkzaamheden, op dezelfde momenten dezelfde beslissingen nemen en afspraken maken.
Uit de jaarrekeningen van de coöperaties is vastgesteld dat geen enkele coöperatie zelfstandig in staat is de vereiste zekerheid van € 1.590.000,- ten behoeve van het P.V.E. te stellen. Deze zekerheid wordt feitelijk voor rekening en risico door [G] B.V. gesteld. Deze betaalt ook de bankprovisie.
Hierdoor maakt [G] B.V. het feitelijk voor de coöperaties mogelijk om de aanvraag voor het invoercertificaat in te dienen, en dientengevolge daadwerkelijk rundvlees i.h.k.v. Vo(EEG)954/2002 met gebruikmaking van het tariefcontingent in te voeren.”