Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
Partijen kunnen deze overeenkomst slechts tussentijds beëindigen op grond van zwaarwichtige redenen. De opzegging dient schriftelijk te geschieden met een opzegtermijn van 12 maanden. Onder zwaarwichtige redenen wordt onder meer verstaan de (interne) verandering of verplaatsing van primaire bedrijfsprocessen van Eigenaar die de exploitatie van de Bedrijfsapparatuur van Telfort onmogelijk maken.
2.4 Telfort heeft de huurovereenkomst bij brief van 22 december 2006 opgezegd tegen 1 januari 2008. In deze brief heeft Telfort onder meer bericht:
De ontwikkelingen op de markt voor mobiele telecommunicatie volgen elkaar in snel tempo op. U zult ongetwijfeld vernomen hebben dat Telfort is overgenomen door KPN. Deze recente ontwikkeling heeft ertoe bijgedragen dat Telfort thans met een grootschalige (her)rangschikking van haar antenne-opstelpunten van start is gegaan. Hierbij wordt gekeken in welke mate een opstelpunt structureel kan bijdragen aan de kwaliteit van het netwerk. Dit impliceert enerzijds dat sommige antenne-opstelpunten zullen integreren in het netwerk van KPN en anderzijds dat bepaalde opstelpunten (…) als redundant worden aangemerkt, hetgeen in normaal taalgebruik zoveel wil betekenen als “overbodig”.(…)Met inachtneming van het voorgaande zijn wij thans genoodzaakt een beroep te doen op ons recht de huurovereenkomst tussentijds te beëindigen. Dit houdt in dat wij de huurovereenkomst opzeggen - met inachtneming van de opzegtermijn - met ingang van twaalf maanden na de in het briefhoofd vermelde datum, derhalve tegen 1 januari 2008.
3.Beoordeling
grief Ibetoogt Adelaar, kort samengevat, dat de kantonrechter ten onrechte heeft aangenomen dat de curator de huuropzegging van 22 december 2006 heeft ontvangen.
grief IIbetoogt Adelaar dat de kantonrechter ten onrechte heeft geoordeeld dat de huurovereenkomst is geëindigd per 1 januari 2008. Met de kantonrechter is het hof van oordeel dat het niet reageren van de curator op de tussentijdse opzegging als een stilzwijgende instemming moet worden uitgelegd. Zoals hiervoor is overwogen moet ervan uit worden gegaan dat de opzegging van de huurovereenkomst in 2006 in goede orde is ontvangen. Vervolgens zijn sinds 1 januari 2008 geen huurpenningen meer ontvangen en is het gehuurde begin januari 2008 ontmanteld en opgeleverd. Doordat niet is gereageerd op de opzegging, en ook later geen bezwaar is gemaakt tegen het uitblijven van huurpenningen en de ontmanteling en oplevering, is bij Telfort het gerechtvaardigde vertrouwen gewekt dat de opzegging is geaccepteerd. Pas in 2012 heeft Adelaar facturen gezonden inzake de huurpenningen, hetgeen haar echter gezien het tijdsverloop niet meer kan baten. Dat de curator, zoals Adelaar stelt, niet in het belang van de boedel zou handelen door de opzegging te accepteren en dat (de rechtsvoorganger van) KPN dit had moeten begrijpen, kan Adelaar KPN na zo lange tijd niet meer met vrucht tegenwerpen. Hiermee faalt ook grief II.