ECLI:NL:GHAMS:2014:5395
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van bewind en mentorschap voor een meerderjarige met een licht verstandelijke beperking
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellante] tegen de beschikkingen van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, waarbij haar (toekomstige) goederen voor de duur van drie jaren onder bewind zijn gesteld en een mentorschap is ingesteld. [appellante] is geboren op [geboortedatum] en heeft een licht verstandelijke beperking. Ze heeft tot 27 december 2013 bij haar grootmoeder gewoond, waarna ze bij haar moeder is gaan wonen. De grootmoeder heeft verzocht om bewind en mentorschap, omdat zij zich zorgen maakt over de financiële en persoonlijke situatie van [appellante].
Tijdens de zitting in hoger beroep zijn verschillende betrokkenen verschenen, waaronder de grootmoeder, de moeder van [appellante], en de benoemde bewindvoerders en mentor. Het hof heeft de situatie van [appellante] beoordeeld, waarbij het in aanmerking heeft genomen dat zij een IQ van 66 heeft en daardoor kwetsbaar is. [appellante] heeft aangegeven dat zij hulp nodig heeft, maar dat zij in staat is om haar eigen keuzes te maken en dat de benoeming van bewindvoerders en een mentor niet nodig is.
De grootmoeder heeft echter betoogd dat [appellante] in het verleden problemen heeft gehad met het beheren van haar financiën en dat zij ondersteuning nodig heeft. Het hof heeft vastgesteld dat [appellante] begeleiding en ondersteuning nodig heeft bij het maken van keuzes en dat er een risico bestaat op overvraging zonder deze ondersteuning. Het hof heeft geconcludeerd dat de kantonrechter terecht de bestreden beschikkingen heeft gegeven en heeft deze bekrachtigd.