ECLI:NL:GHAMS:2014:4607
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- D.J.M.W. Paridaens-van der Stoel
- A.P.M. van Rijn
- J.W.H.G. Loyson
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van huurders in hennepkwekerijzaak na gebrek aan bewijs
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 16 mei 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1956, werd beschuldigd van het opzettelijk telen van hennepplanten en het wederrechtelijk afnemen van elektriciteit in de periode van 1 november 2011 tot en met 21 maart 2012 te Alkmaar. De tenlastelegging omvatte twee hoofdpunten: het telen van ongeveer 242 hennepplanten en het stelen van elektriciteit van Liander NV.
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 9 mei 2014, werd vastgesteld dat de politie op 13 december 2011 een melding had ontvangen over een hennepkwekerij in de woning van de verdachte. Na een onderzoek op 21 maart 2012 werd een hennepkwekerij aangetroffen in een afgesloten ruimte van de woning. De verdachte en zijn medeverdachte verklaarden echter dat zij niet op de hoogte waren van de aanwezigheid van de hennepkwekerij en dat de ruimte was verhuurd aan een derde partij.
Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren aan de tenlastegelegde feiten. De verklaringen van de verdachte over de verhuur van de ruimte en het gebrek aan bewijs dat hij op de hoogte was van de hennepkwekerij, leidden tot de conclusie dat de verdachte vrijgesproken moest worden. Het hof vernietigde het vonnis van de politierechter en sprak de verdachte vrij van de hem ten laste gelegde feiten.