ECLI:NL:GHAMS:2014:4002

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 juni 2014
Publicatiedatum
29 september 2014
Zaaknummer
23-000791-13
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake woninginbraken en winkeldiefstal

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 4 juni 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Alkmaar. De verdachte, geboren in 1990, was in hoger beroep gegaan tegen een eerdere veroordeling voor woninginbraken en winkeldiefstal. De tenlastelegging omvatte meerdere inbraken in woningen in Midwoud en Zwaag, waarbij diverse goederen, waaronder een lcd-televisie en mobiele telefoons, waren weggenomen. Daarnaast was de verdachte beschuldigd van het stelen van drank uit een filiaal in Amsterdam. Tijdens de zitting op 21 mei 2014 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, evenals de verdediging van de verdachte, vertegenwoordigd door mr. J.Y. Kuit.

Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen betrokken was bij de inbraken en dat hij zich de toegang tot de woningen heeft verschaft door middel van braak. De verdachte heeft ontkend goederen te hebben weggenomen, maar het hof oordeelde dat er voldoende bewijs was voor zijn betrokkenheid bij de diefstallen. Het hof heeft de eerdere veroordeling van de politierechter vernietigd en de verdachte voor de bewezen verklaarde feiten veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie maanden, waarvan twee jaar voorwaardelijk, en een taakstraf van 180 uren. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, evenals de eerdere veroordelingen van de verdachte.

Uitspraak

parketnummer: 23-000791-13
datum uitspraak: 4 juni 2014
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Alkmaar van 21 november 2012 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 14-701787-11 en 14-700445-12 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1990,
adres: [adres 1].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 21 mei 2014, en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman mr. J.Y. Kuit, advocaat te Bovenkarspel, naar voren is gebracht.

Tenlasteleggingen

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
Zaak met parketnummer 14-701787-11:1:
hij op een tijdstip in of omstreeks de periode van 25 juni 2011 tot en met 26 juni 2011 te Midwoud, gemeente Medemblik, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres 2], aldaar) heeft weggenomen een lcd-televisie (merk JVC) en/of drie, althans een of meerdere (gouden) ring(en) en/of een home cinemaset (merk Pioneer) en/of (een) huis- en/of autosleutel(s) en/of een (gouden) horloge en/of een zwaard en/of een computer (merk Acer), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2:
hij op een tijdstip in of omstreeks de periode van 25 juni 2011 tot en met 26 juni 2011 te Zwaag, gemeente Hoorn, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning (gelegen aan de [adres 3], aldaar) heeft weggenomen een of twee mobiele telefoon(s) (merk Nokia) en/of een of twee (gouden) ring(en) en/of een duikershorloge en/of kleding en/of een patroonhouder en/of een sporttas en/of een kluis (met inhoud) en/of toiletartikelen en/of een of twee fotocamera('s) en/of gereedschap en/of schoenen en/of een staatslot en/of een kogelvrij vest en/of een gummyknuppel en/of handboeien, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3:
hij op of omstreeks 01 augustus 2011 in de gemeente Hoorn, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een Limiter (merk DateQ) en/of een versterker (merk Soundlab) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die/dat goed(eren) wist(en), althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
Zaak met parketnummer 14-700445-12 (gevoegd):1:
hij op of omstreeks 17 maart 2012 in de gemeente Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen in of uit een filiaal van [bedrijf] (gelegen aan de Nieuwezijds Voorburgwal 226, aldaar) een of twee blikje(s) drank, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de rechtbank.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte onder 3 is ten laste gelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer
14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 14-700445-12 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Zaak met parketnummer 14-701787-11:1:
hij in de periode van 25 juni 2011 tot en met 26 juni 2011 te Midwoud, gemeente Medemblik, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning gelegen aan de [adres 2], aldaar heeft weggenomen een autosleutel toebehorende aan
[benadeelde 1], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
2:
hij in de periode van 25 juni 2011 tot en met 26 juni 2011 te Zwaag, gemeente Hoorn, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning gelegen aan de [adres 3], aldaar heeft weggenomen twee mobiele telefoons (merk Nokia) en twee gouden ringen en een duikershorloge en kleding en een patroonhouder en een sporttas en een kluis met inhoud en toiletartikelen en twee fotocamera's en gereedschap en schoenen en een staatslot en een kogelvrij vest en een gummiknuppel en handboeien, toebehorende aan [benadeelde 2], waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
Zaak met parketnummer 14-700445-12 (gevoegd):1:
hij op 17 maart 2012 in de gemeente Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen in een filiaal van [bedrijf] gelegen aan de Nieuwezijds Voorburgwal 226, aldaar twee blikjes drank toebehorende aan [bedrijf].
Hetgeen in de zaak met parketnummer 14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer
14-700445-12 meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.

Bewijsoverweging ten aanzien van feit 1

In de periode van 25 juni omstreeks 16:30 uur en 26 juni 2011 omstreeks 03:10 uur is er ingebroken in de woning aan de [adres 2] te Midwoud. Bij deze inbraak zijn een aantal goederen weggenomen, waaronder een televisie, sieraden en autosleutels. [1]
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij zich in de nacht van 25 op 26 juni 2011 samen met [persoon 1] en [persoon 2] bij een kennis van [persoon 1] bevond en dat ze het plan hadden opgevat om ergens in te breken. Volgens de verdachte heeft [persoon 1] vervolgens een raam ingeslagen bij de woning van de buurman van [persoon 3] en heeft hij de deur voor hen geopend. Daarop zijn de verdachte, [persoon 2] en [persoon 3] de woning binnengegaan. Voorts heeft de verdachte verklaard dat [persoon 2] de autosleutel van aangever heeft gepakt en dat hij samen met de verdachte en [persoon 1] in deze auto naar Hoorn is gereden. Volgens de verdachte is [persoon 3] achtergebleven in de woning. De verdachte stelt dat hij geen spullen uit de woning heeft meegenomen en dat hij ook niet heeft gezien dat [persoon 1] en [persoon 2] – afgezien van de autosleutel – spullen hebben meegenomen.
Gelet op de bij de politie afgelegde verklaringen van [persoon 2] en [persoon 1] houdt het hof het ervoor dat de verdachte de inbraak in ieder geval samen met [persoon 3] en [persoon 2] heeft gepleegd. [2] Het hof overweegt dat de verklaring van de verdachte dat hij geen spullen uit de woning heeft weggenomen en na de inbraak met de auto van aangever is vertrokken, ondersteuning vindt in de verklaring van [persoon 2]. [3] Anders dan de raadsman heeft betoogd, kan naar het oordeel van het hof echter niet gesproken worden van een mislukte inbraak.
Op grond van de stukken van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep kan worden vastgesteld dat de verdachte samen met anderen het plan heeft opgevat om een woninginbraak te plegen en daar ook gezamenlijk met deze personen uitvoer aan heeft gegeven. Voorts is komen vast te staan dat de verdachte wist dat er door één van de mededaders een autosleutel is weggenomen en dat hij vervolgens samen met die ander met de auto van aangever is weggereden.
Ten aanzien van het wegnemen van de overige goederen kan niet worden bewezen dat de verdachte hier wetenschap van heeft gehad. Het hof acht het niet onaannemelijk dat de diefstal van deze goederen pas heeft plaatsgevonden nadat de verdachte de woning had verlaten.
Het hof is op basis van de gebezigde bewijsmiddelen en mede gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, van oordeel dat sprake is geweest van medeplegen van diefstal van de autosleutel door middel van braak.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het in de zaak met parketnummer 14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 14-700445-12 bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het in de zaak met parketnummer 14-701787-11 onder 1 en 2 bewezen verklaarde levert op:
telkens:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Het in de zaak met parketnummer 14-700445-12 bewezen verklaarde levert op:
diefstal.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer
14-700445-12 bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straf

De politierechter in de rechtbank Alkmaar heeft de verdachte voor het onder parketnummer 14/701787-11 onder 1 tot en met 3 ten laste gelegde en het onder parketnummer 14/700445-12 ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 9 maanden waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren met aftrek van de tijd die de verdachte in verzekering heeft doorgebracht.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte.
Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft tezamen en in vereniging met anderen twee woninginbraken gepleegd. Woninginbraken bezorgen naast materiële schade ook veel hinder en overlast voor de bewoners. Bovendien maken dergelijke misdrijven een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van bewoners. Meer in het algemeen veroorzaken dergelijke delicten maatschappelijke onrust en een gevoel van onveiligheid in de samenleving.
Daarnaast heeft de verdachte een winkeldiefstal gepleegd.
Blijkens een de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 8 mei 2014 is de verdachte eerder onherroepelijk veroordeeld ter zake van andersoortige feiten.
Het hof acht, alles afwegende, een werkstraf met een voorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 63, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 3 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer
14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 14-700445-12 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 14-701787-11 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 14-700445-12 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden.
Bepaalt dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafbestaande uit een werkstraf voor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
90 (negentig) dagen hechtenis.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.M.P. Geelhoed, mr. P. Greve en mr. F.L. Muskens, in tegenwoordigheid van mr. A.T. de Muinck - Dezentje, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
4 juni 2014.
Mrs. A.M.P. Geelhoed en F.L. Muskens zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.[...]
2.[...]
3..