ECLI:NL:GHAMS:2014:3956
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hypothecaire geldlening en vervroegde aflossing: geschil over boetebeding
In deze zaak gaat het om een geschil tussen een appellant, een advocaat, en ING Bank N.V. over de vervroegde aflossing van een hypothecaire geldlening. De appellant heeft in hoger beroep beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter, waarin zijn vorderingen werden afgewezen. De appellant had zijn huis verkocht en ING had aanspraak gemaakt op een boete van € 14.910,- wegens vervroegde aflossing. De appellant betwistte de geldigheid van het boetebeding en stelde dat hij dit niet had aanvaard. Het hof heeft de feiten vastgesteld en geconcludeerd dat ING niet gerechtvaardigd heeft mogen vertrouwen dat de appellant het boetebeding had aanvaard. Het hof heeft ING in de gelegenheid gesteld bewijs te leveren dat de appellant het beding heeft aanvaard tijdens een gesprek met een medewerkster van ING. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling en bewijslevering.