Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.De feiten
de manis het volgende gebleken.
de vrouwis het volgende gebleken.
3.Het geschil in hoger beroep
- het (gewijzigd) verzoek van de vrouw te bepalen dat de man aan de vrouw als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen met ingang van 1 januari 2012 € 689,- per kind per maand dient te voldoen, althans een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen bijdrage;
- het (gewijzigd) zelfstandig verzoek van de man te bepalen dat de door de man te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen aan de vrouw met ingang van 1 januari 2012 op € 180,- per kind per maand wordt gesteld, althans op een bedrag en vanaf een datum dat de rechtbank juist acht, bij vooruitbetaling te voldoen.
- subsidiair te bepalen dat de man aan de vrouw als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen met ingang van 1 januari 2012 € 813,09 per kind per maand en vanaf 1 januari 2013 € 826,91 per kind per maand dient te voldoen;
- meer subsidiair te bepalen dat de man aan de vrouw als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen met ingang van 1 januari 2012 € 759,- per kind per maand en vanaf 1 januari 2013 € 772,- per kind per maand dient te voldoen.