3.1a. Rappange heeft als makelaar bemiddeld bij de totstandkoming van een huurovereenkomst met betrekking tot een bedrijfspand te Amsterdam. Haar opdrachtgever was NR.
In de brief d.d. 15 april 2008 waarbij Rappange de opdracht aanvaardt is vermeld “
betreft: bemiddelingsopdracht verwerving hotelruimte te Amsterdam. (…) Hierbij bevestigen wij de opdracht om tot aankoop en/of aanhuur van bedrijfsruimte ten behoeve van de vestiging van een hotel in Amsterdam te geraken. (…) Voor de werkzaamheden in het voortraject berekenen wij u eenmalig courtage van € 4.500,- exclusief 19% BTW. Deze werkzaamheden betreffen de begeleiding bij het selecteren van geschikte panden die aan het stadsbestuur zullen worden voorgedragen voor een bestemmingswijziging naar hotel, dan wel een vrijstelling van de geldende bestemming zodat er een hotel in gevestigd kan worden. (..) In geval van daadwerkelijke aanhuur berekenen wij een courtage (…) eindigen onze werkzaamheden in het voortraject uiterlijk per 30 juni 2008(…)”
b. Op 29 mei 2008 heeft het stadsdeel Centrum van de gemeente Amsterdam in een nota het Hotelbeleid Binnenstad 2008-2011 vastgesteld.
c. De gemeente Amsterdam hanteerde in 2008 een quotumsysteem voor hotelruimte in de binnenstad. Aan NR is op 26 augustus 2008 bericht dat zij voorlopig 17 kamers toegewezen kreeg (dit is later veranderd in 19). De gemeente heeft daarbij opgemerkt dat de aanvraag van NR te zijner tijd nog wordt getoetst aan de andere criteria van het hotelbeleid 2008-2011.
d. Na bemiddeling van Rappange is op 10 september 2008 een huurovereenkomst tot stand gekomen met betrekking tot een pand aan de [adres] (hierna ook: het pand). De overeenkomst voorzag in een duur van 20 jaar (met verlengingsmogelijkheid) en de (aanvangs)huurprijs bedroeg € 575.000,= per jaar, voor 2.268,3 m2, excl. BTW. Beëindiging door huurder was mogelijk door opzegging op termijn van een jaar. In de huurovereenkomst is opgenomen dat NR onderhandelt met de gemeente omtrent publiekrechtelijke toestemmingen en/of vergunningen tot verwezenlijking van hotelruimte in het pand en dat de verhuurder daarmee instemt. Voorts is vermeld dat NR voornemens was het gehuurde te verbouwen tot hotel dan wel een gebouw met luxe kantoorunits en is voorzien in gebruik van het pand als kantoorruimte voor het geval de gemeente geen medewerking zou verlenen aan het vestigen van een hotel.
e. Een deel van het pand is gebouwd op grond die in het bestemmingsplan de bestemming “
kantoren/gemengde doeleinden” heeft. Een deel van het pand is -reeds geruime tijd geleden- gebouwd op grond met de bestemming “
keurtuin”.
f. De gemeente heeft NR op 24 september 2008 laten weten “
doordat de bebouwing op de keurtuinen in stand wordt gehouden is geen sprake van een kwaliteitsimpuls. Het beleid van de binnenstad is om tuinen en erven vrij te maken van bebouwing. Een nieuwe functie in betreffende bebouwing is hiermee in strijd. Ook geeft het hotelbeleid aan dat hotelontwikkeling in een bestaande combinatie van panden uitsluitend mogelijk is indien die ontwikkeling leidt tot herstel van de oorspronkelijk/historische parcellering en structuur. In uw plan is geen sprake van enig herstel van de parcellering.”’
g. Rappange heeft op 25 september 2008, in antwoord op een klacht van NR van 24 september 2008, aan NR bij e-mail bericht:
“Uiteraard hebben wij het bestemmingsplan erop nageslagen. (…) De bebouwing in de keurtuin is op zichzelf geen bijzonderheid en wordt omschreven als “te handhaven bebouwing in geval van restauratie/verbetering”. In het bestemmingsplan staat, voor zover ik kan beoordelen, niet vermeld dat een bestemmingswijziging betekent dat de bebouwing in de keurtuin zou moeten worden verwijderd. (…)
Na het lezen van de Rapportage Uitvoering Hotelbeleid blijkt kennelijk het volgende m.b.t. de toetsingscriteria:
1. kwaliteitsimpuls: het criterium dat bestaande bebouwing in de keurtuin dient te worden verwijderd. Dit staat niet als zodanig expliciet in de hotelnota genoemd (paragraaf 4.2.1)
2. Parcellering; het opheffen van parcellering staat wel expliciet genoemd in dezelfde paragraaf.(…)”’
h. Bij brief van 11 november 2008 heeft de gemeente aan NR medegedeeld: “
in antwoord op uw verzoek (…) om een beginseluitspraak in het kader van het quotum hotelbeleid 2008-2011 voor hotelquotum voor 42 kamers voor het gebouw [adres] wordt u het volgende meegedeeld.
(…) Uw verzoek is getoetst aan de ruimtelijke criteria van het hotelbeleid 2008-2011. Het initiatief komt niet overeen met het gestelde in het hotelbeleid (…) Doordat de bebouwing op de keurtuinen in stand gehouden zal worden is er geen sprake van een kwaliteitsimpuls. (…) Gelet op bovenstaande overwegingen (…) is aanpassing van het plan noodzakelijk om in aanmerking te komen voor een reservering van het hotelquotum in het gebouw [adres]. De aanpassingen betreffen het aantal kamers (maximaal 19), de bebouwing op tuinen en erven en keurtuinen en de parcellering. (…) Wanneer na het verstrijken van de termijn van drie weken het gewijzigde plan niet is overgelegd (…) zal uw verzoek om quotum worden afgewezen. (..)”’
i. NR heeft het pand uiteindelijk niet als hotel in gebruik genomen maar als kantoorruimte onderverhuurd.