Uitspraak
Onderzoek van zaak
Omvang van het hoger beroep
Verweer wijzigingen tenlastelegging
- een bekorting dan wel verlenging – dat laatste van geringe duur – van pleegperiodes in de primaire variant van de voorgestelde teksten ten opzichte van de pleegperiodes in de oorspronkelijke dagvaarding;
- een verlenging van de pleegperiodes in de subsidiaire variant van de voorgestelde wijzigingen tot oktober 2011;
- naast ‘oplichting’ wordt aan de tenlasteleggingen in de zaken B en C een subsidiaire variant, te weten: verduistering, toegevoegd;
- aan verschillende feiten worden oplichtingsmiddelen en (rechts)personen die opgelicht zouden zijn, toegevoegd; en
- een wijziging van de tenlastelegging met betrekking tot het feit betreffende aangever [slachtoffer 1], waarvan de reden, en de wijze waarop de aldus te wijzigen tenlastelegging moet worden gelezen, door de officier van justitie ter terechtzitting in eerste aanleg zijn toegelicht.
Vonnis waarvan beroep
Bespreking van de gevoerde verweren en bewijsoverwegingen
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf .
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 8]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 17]
Vordering van de benadeelde partij[slachtoffer 12]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 16]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 18]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 19]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) jaren.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
€ 6.930,00 (zesduizend negenhonderddertig euro) ter zake van materiële schade(€ 5.250,00 en € 1.680,00) en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 6.930,00 (zesduizend negenhonderddertig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 69 (negenenzestig)
dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
€ 18.151,00 (achttienduizend honderdeenenvijftig euro) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 18.151,00 (achttienduizend honderdeenenvijftig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
125 (honderdvijfentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6]
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 25.000,00 (vijfentwintigduizend euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
160 (honderdzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.