ECLI:NL:GHAMS:2014:2140
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A. van Haeringen
- C.E. Buitendijk
- R.G. Kemmers
- Rechtspraak.nl
Verlenging ondertoezichtstelling van minderjarige kinderen in hoger beroep
In deze zaak gaat het om de verlenging van de ondertoezichtstelling van drie minderjarige kinderen, [kind a], [kind b] en [kind c], die onder toezicht zijn gesteld vanwege zorgen over hun ontwikkeling en de opvoedingssituatie. De moeder van de kinderen heeft hoger beroep aangetekend tegen de beschikking van de kinderrechter die de ondertoezichtstelling met drie maanden heeft verlengd. De moeder stelt dat de gronden voor ondertoezichtstelling ontbreken en verzoekt de bestreden beschikking te vernietigen. De betrokken instantie, William Schrikker Jeugdbescherming (WSJ), verzoekt de moeder niet-ontvankelijk te verklaren in haar hoger beroep en de beschikking te bekrachtigen.
Tijdens de zitting is de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig geweest en heeft geadviseerd om de bestreden beschikking te bekrachtigen. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. De kinderen zijn in 2008 onder toezicht gesteld vanwege gedragsproblemen en de opvoedingscapaciteiten van de moeder. De moeder heeft in de afgelopen jaren hulp ontvangen, maar het hof concludeert dat zij nog niet in staat is om de kinderen de benodigde ondersteuning te bieden zonder hulp van derden.
Het hof heeft vastgesteld dat de gronden voor ondertoezichtstelling ten tijde van de bestreden beschikking aanwezig waren en dat dit ook thans het geval is. De positieve ontwikkeling van de kinderen is voor een groot deel te danken aan de hulpverlening die zij ontvangen. Het hof bekrachtigt daarom de beschikking van de kinderrechter en wijst de verzoeken van de moeder af. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt.