Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 16 juli 2012 te Middenmeer, gemeente Hollands Kroon tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, één of meer wapens van categorie III, te weten een pistool (merk Para-Ordnance ic, kaliber .45 ACP), en/of munitie van categorie III, te weten een of meer patro(o)n(en), voorhanden heeft gehad.
Vonnis waarvan beroep
Feiten en omstandigheden
Vrijspraak
inde woning heeft bevonden en daar een aandeel in de uitvoeringshandelingen heeft gehad. Weliswaar is de verdachte vlak na de overval samen met een van de daders in de voortuin van de betreffende woning aangetroffen, maar niet valt uit te sluiten dat zijn rol enkel en alleen heeft bestaan uit het alarmeren van beide daders voor de komst van de politie. Het hof gaat ervan uit dat [medeverdachte 1] een van de daders van de overval is geweest, maar het dossier bevat contra-indicaties voor het aanmerken van de verdachte als tweede dader van deze overval in de woning. Zo droegen, blijkens de aangifte, beide daders een zwarte bivakmuts (dossiernummer 2012079617, p. 26) en is in de tuin iets gelijkend op een bivakmuts aangetroffen (dossiernummer 2012079617, p. 57), maar is op of nabij de plaats delict of bij de in de tuin aangehouden verdachten geen tweede bivakmuts gevonden. Wel is op de vluchtroute van de auto, met daarin enkel en alleen [medeverdachte 2], vlak na de overval een zwarte bivakmuts aangetroffen (dossiernummer 2012079617, p. 75 en 81). Voorts heeft aangever verklaard dat beide daders langer waren dan hijzelf (1,74 m), terwijl de verdachte kleiner is dan aangever. In eerste aanleg is door de rechtbank vastgesteld dat [medeverdachte 1] iets langer is dan de verdachte en dat [medeverdachte 2] de langste is. Hoewel de verdachte alsook [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] over een vierde man hebben verklaard, is de betrokkenheid van een vierde persoon bij deze woningoverval niet aannemelijk geworden.