Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
11 maart 2014
mr. A. Karacelikte Leiden.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 11 maart 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van verzoekster, die sinds 21 oktober 2010 onder deze regeling viel. De rechtbank Noord-Holland had op 24 december 2013 de schuldsanering beëindigd zonder verzoekster de schone lei te verlenen. Verzoekster heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, waarbij zij onder andere aanvoerde dat zij niet opzettelijk informatie had achtergehouden en dat zij de bewindvoerder tijdig van relevante gegevens had voorzien.
Tijdens de zitting op 4 maart 2014 heeft verzoekster, bijgestaan door haar advocaat, haar standpunt toegelicht. De bewindvoerder, M.E.B. Willebrands, was ook aanwezig en heeft verklaard dat verzoekster de informatieverplichting had geschonden door niet tijdig gegevens over haar financiële situatie te verstrekken. Dit had geleid tot een boedelachterstand en nieuwe schulden. Verzoekster had een auto aangeschaft zonder toestemming van de bewindvoerder, wat ook in strijd was met de regels van de schuldsanering.
Het hof heeft vastgesteld dat verzoekster verwijtbaar tekort is geschoten in haar verplichtingen onder de schuldsaneringsregeling. Het hof oordeelde dat verzoekster niet tijdig alle relevante informatie had verstrekt, wat essentieel is voor een effectieve uitvoering van de regeling. Ondanks dat de boedelachterstand inmiddels was ingelopen, was het hof van mening dat verzoekster niet voldoende had aangetoond dat zij in staat was om de schuldsanering succesvol af te ronden. Het hof heeft daarom de beslissing van de rechtbank bekrachtigd en de schuldsanering beëindigd zonder toekenning van de schone lei.