Uitspraak
mr. J.B. Maliepaardte Bleiswijk,
mr. I.M.C.A. Reinders Folmerte Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 april 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen [appellante] en Dexia Nederland B.V. Het geschil betreft leaseovereenkomsten die door [appellante] zijn afgesloten, waarbij de echtgenoot van [appellante] de nietigheid van deze overeenkomsten heeft ingeroepen. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat de echtgenoot van [appellante] niet tijdig had gereageerd op de leaseovereenkomsten, waardoor Dexia zich op verjaring kon beroepen. Het hof heeft echter geoordeeld dat het bewijsvermoeden dat de echtgenoot op de hoogte was van de leaseovereenkomsten niet voldoende was onderbouwd. De getuigenverklaringen van [appellante] en haar echtgenoot waren consistent en geloofwaardig, wat leidde tot de conclusie dat de echtgenoot niet eerder dan drie jaar voor de vernietigingsbrief op de hoogte was van de leaseovereenkomsten. Hierdoor heeft het hof het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de leaseovereenkomsten op grond van de artikelen 1:88 en 1:89 BW vernietigd. Dexia is veroordeeld tot terugbetaling van de door [appellante] betaalde bedragen, vermeerderd met wettelijke rente, en is als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld.