Uitspraak
mr. B. Anikte Bussum,
mr. M.W. Veldhuijsente Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin de appellante, een besloten vennootschap, een vordering heeft ingesteld tegen de geïntimeerde, eveneens een besloten vennootschap, met betrekking tot de betaling van een factuur voor verrichte werkzaamheden door een accountant. De appellante heeft in hoger beroep de vernietiging van het vonnis van de rechtbank gevraagd, waarin de rechtbank had geoordeeld dat de appellante niet had bewezen dat er een mondelinge overeenkomst was gesloten over de hoogte van het loon voor de werkzaamheden. De rechtbank had vastgesteld dat de geïntimeerde maandelijks een bedrag van € 500,- exclusief btw had betaald voor de werkzaamheden van het accountantskantoor, maar dat er geen overeenstemming was bereikt over een hoger bedrag voor de werkzaamheden die in de factuur van 23 april 2009 waren vermeld. Het hof heeft de bewijsstukken en getuigenverklaringen beoordeeld en geconcludeerd dat de appellante niet heeft aangetoond dat er een mondelinge overeenkomst was over het bedrag van € 9.600,00 exclusief btw. Het hof heeft echter wel geoordeeld dat de geïntimeerde een redelijk loon verschuldigd is voor de verrichte werkzaamheden, en heeft de vordering van de appellante gedeeltelijk toegewezen. Het hof heeft de geïntimeerde veroordeeld tot betaling van € 4.522,00 inclusief btw, te vermeerderen met wettelijke rente, en de proceskosten gecompenseerd.