Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De verdere beoordeling
3.Beslissing
pro formaaan tot zondag 2 februari 2014.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep over de eindafrekening van de verhuurexploitatie van gezamenlijke onroerende zaken en de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden. De uitspraak is gedaan op 8 oktober 2013, met zaaknummer 200.118.812/01. De partijen in deze procedure worden aangeduid als de vrouw en de man. De vrouw is appellante in principaal hoger beroep en geïntimeerde in incidenteel hoger beroep, terwijl de man de geïntimeerde in principaal hoger beroep en appellant in incidenteel hoger beroep is. Beide partijen hebben hun respectieve advocaten, mr. J.M. Spronk en mr. P. Tijsterman, ingeschakeld.
De procedure is voortgevloeid uit een eerdere beschikking van het hof van 16 juli 2013. In de tussenliggende periode hebben beide partijen aanvullende brieven met producties ingediend. Het hof heeft vervolgens besloten om een deskundige aan te wijzen voor de waardering van de gemeenschappelijke onroerende zaken. Mantel Makelaars is benoemd als deskundige voor de waardering van de kadastrale percelen, terwijl A.H. Otten R.A. is aangesteld voor aanvullende waarderingen.
De deskundigen zijn belast met het beantwoorden van specifieke vragen over de waarde van de onroerende zaken op bepaalde data en de afrekening van de verhuurexploitatie. Het hof heeft ook voorschotten vastgesteld voor de deskundigen en de partijen verplicht om bepaalde documenten aan de deskundigen te overhandigen. De zaak is pro forma aangehouden tot 2 februari 2014, waarbij de deskundigen hun bevindingen voor die datum dienen in te leveren. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de rechters en de griffier.