Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
CONVERSE INC.,
1.Het geding in hoger beroep
- memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in (voorwaardelijk) incidenteel appel, met producties;
- memorie van antwoord in incidenteel appel.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, gaat het om een hoger beroep in een kort geding tussen Alpi International Forwarders B.V. en Converse Inc. Het geschil betreft de vraag of Alpi verplicht is om informatie te verstrekken over de herkomst en distributie van Converse-schoenen die in beslag zijn genomen door de Roemeense douane. Converse had eerder conservatoir beslag gelegd op de schoenen en de administratie van Alpi, omdat zij vermoedde dat het om namaakproducten ging. De voorzieningenrechter had Alpi al bevolen om een forensisch accountant inzage te geven in de administratie, maar Alpi was van mening dat zij aan haar informatieplicht had voldaan door enkele gegevens te verstrekken.
Het hof oordeelt dat Alpi onrechtmatig handelt door niet alle relevante informatie te delen met Converse. Het hof verwijst naar eerdere jurisprudentie, waaronder het Lycos/Pessers-arrest, en concludeert dat Alpi in het maatschappelijk verkeer de zorgvuldigheid had moeten betrachten om Converse te helpen bij het achterhalen van de inbreukmakende partijen. Het hof bekrachtigt de beslissing van de voorzieningenrechter en oordeelt dat Alpi in de kosten van het geding in hoger beroep moet worden veroordeeld.
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van logistieke dienstverleners in gevallen van merkinbreuk en de noodzaak om transparant te zijn over de herkomst van goederen, vooral wanneer er vermoedens zijn van inbreuk op intellectuele eigendomsrechten. Het hof bevestigt dat de belangen van Converse zwaarder wegen dan de belangen van Alpi in deze specifieke context.