ECLI:NL:GHAMS:2013:3242

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
1 oktober 2013
Publicatiedatum
9 oktober 2013
Zaaknummer
200.102.395/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging ondercuratelestelling na deskundigenonderzoek; instelling bewind en mentorschap

In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, is er sprake van een hoger beroep betreffende de ondercuratelestelling van appellant [x]. Het hof heeft eerder op 7 augustus 2012 en 25 juni 2013 tussenbeschikkingen gegeven. De appellant, vertegenwoordigd door mr. M.A.A. van der Loo, heeft zijn voorkeur uitgesproken voor de benoeming van [y], handelend onder de naam Budgetondersteuning Nederland, als bewindvoerder. Het hof heeft kennisgenomen van verschillende bereidverklaringen van betrokkenen, waaronder de zuster en broer van appellant, die zich hebben aangemeld voor het mentorschap.

Het hof heeft de bereidverklaringen van de betrokkenen in overweging genomen en heeft besloten om [y] te benoemen tot bewindvoerder, evenals de broer en zuster van appellant tot mentoren. De beloning van de bewindvoerder is vastgesteld op € 85,- per maand, in afwijking van de gebruikelijke richtlijnen, en er zijn geen bezwaren tegen de benoemingen van de mentoren geuit.

De beslissing van het hof houdt in dat de eerdere beschikking van de rechtbank wordt vernietigd en dat er een bewind wordt ingesteld over de goederen van appellant, met de benoeming van [y] als bewindvoerder. Tevens wordt het inleidend verzoek tot ondercuratelestelling van appellant afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan op 1 oktober 2013 en zal binnen tien dagen worden bekendgemaakt in de Staatscourant en in de dagbladen De Telegraaf en het Haarlems Dagblad.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Afdeling civiel recht en belastingrecht
Team III (familie- en jeugdrecht)
Uitspraak: 1 oktober 2013
Zaaknummer: 200.102.395/01
Zaaknummer eerste aanleg: 499741 CB VERZ 11-16 mrc
in de zaak in hoger beroep van:
[…],
wonende te […],
appellant,
advocaat: mr. M.A.A. van der Loo te Haarlem.

1.Het geding in hoger beroep

1.1.
Appellant wordt hierna [x] genoemd.
1.2.
Het hof heeft in deze zaak op 7 augustus 2012 en 25 juni 2013 een tussenbeschikking gegeven. Voor de procesgang tot dan toe wordt verwezen naar die beschikkingen.
1.3.
Het hof heeft kennisgenomen van de navolgende stukken:
  • een op 5 juli 2013 ter griffie van het hof ingekomen bereidverklaring van de heer [y]
  • een op 10 juli 2013 ter griffie van het hof ingekomen bereidverklaring van mevrouw [zus] (de zuster van [x]) om, samen met de heer [broer] (de broer van [x]), het mentorschap ten behoeve van [x] op zich te nemen;
  • een op 28 augustus 2013 ter griffie van het hof ingekomen faxbericht van de advocaat van [x], waarin deze meedeelt dat [x] zich akkoord verklaart met de benoeming van [y] tot bewindvoerder.

2.Verdere beoordeling van het hoger beroep

2.1.
Het hof verstaat voormelde namens [x] toegezonden akkoordverklaring aldus dat [x] zijn uitdrukkelijke voorkeur uitspreekt voor benoeming van [y] tot bewindvoerder. Het hof zal derhalve [y], in aanmerking genomen diens bereidverklaring, benoemen tot bewindvoerder. Niet is gebleken van gegronde redenen die zich tegen die benoeming verzetten.
2.2.
In aanmerking genomen de bereidverklaringen van de broer en de zuster van [x] zal het hof beiden benoemen tot mentor. Tegen deze mentoren zijn geen bezwaren gerezen, terwijl ook overigens niet is gebleken van gegronde redenen die zich tegen de benoeming verzetten
.
2.3.
De beloning van de bewindvoerder zal, in afwijking van het bepaalde in artikel 1:447 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW), worden vastgesteld in overeenstemming met de richtlijnen van het Landelijk Overleg Voorzitters Civiele en Kantonsectoren (hierna: LOVCK) voor een professionele bij de branchevereniging aangesloten bewindvoerder, thans tot een bedrag van € 85,- per maand, exclusief eventueel verschuldigde BTW. Nu [y] tot zijn benoeming als bewindvoerder de curator ten behoeve van [x] is geweest, ziet het hof geen aanleiding om nogmaals een bedrag voor intakekosten vast te stellen.
2.4.
Nu – naar reeds in de tussenbeschikking van 25 juni 2013 is overwogen – de bestreden beschikking dient te worden vernietigd en het inleidend verzoek tot ondercuratelestelling van [x] alsnog dient te worden afgewezen, overweegt het hof ten overvloede dat ingevolge het bepaalde in artikel 1:384 BW de taak van de curator de dag na deze uitspraak een einde neemt en de inmiddels door hem of met zijn toestemming verrichte handelingen voor [x] verbindend blijven.
2.5.
Dit leidt tot de volgende beslissing.

3.Beslissing

Het hof:
vernietigt de beschikking waarvan beroep en, opnieuw rechtdoende:
stelt een bewind in over de goederen die [x] toebehoren of zullen toebehoren, met benoeming van [y], handelend onder de naam Budgetondersteuning Nederland, gevestigd te Zaandam (1500 EA) tot bewindvoerder;
stelt een mentorschap in ten behoeve van [x], met benoeming van [broer] en [zus] tot mentor;
stelt het salaris van de bewindvoerder, in afwijking van het bepaalde in artikel 1:447 lid 1 BW, vast overeenkomstig de tarieven genoemd en gepubliceerd in de richtlijnen van het LOVCK;
bepaalt dat deze uitspraak door de griffier binnen tien dagen na heden zal worden bekendgemaakt in de Staatscourant en in de dagbladen De Telegraaf en het Haarlems Dagblad;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het in hoger beroep meer of anders verzochte;
wijst het inleidend verzoek tot ondercuratelestelling van [x] af.
Deze beschikking is gegeven door mrs. A. van Haeringen, R.G. Kemmers en A.V.T. de Bie in tegenwoordigheid van mr. J.H.M. Kessels als griffier, en in het openbaar uitgesproken op 1 oktober 2013.