beslissing
________________________________________________________________________
afdeling civiel- en belastingrecht
zaaknummer: 200.105.2506/01 NOT
zaaknummer kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te ‘s-Hertogenbosch: KLN 11.14
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 12 februari 2013
[appellant],
wonende te [woonplaats],
APPELLANT,
gemachtigde:
mr. F.I. Piternella, advocaat te Dongen,
[de notaris],
notaris te [vestigingsplaats],
GEÏNTIMEERDE.
1. 1.
Het geding in hoger beroep
1.1. Van de zijde van appellant, verder klager, is bij een op 13 april 2012 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te ‘s-Hertogenbosch, verder de kamer, van 15 maart 2012, waarbij het verzet van klager tegen een beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de kamer waarbij de klacht werd afgewezen als kennelijk niet ontvankelijk, ongegrond is verklaard.
1.2. Van de zijde van de notaris is geen verweerschrift ingekomen.
1.3. De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 20 december 2012. Klager alsmede de notaris zijn - ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen - niet verschenen.
2. 2.
De stukken van het geding
Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.
3. 3.
De ontvankelijkheid van het hoger beroep
3.1. In het algemeen staat - op grond van het bepaalde in artikel 107 lid 1 Wet op het notarisambt (Wna) - tegen een beslissing van de kamer op een klacht het rechtsmiddel van hoger beroep bij dit hof open. Artikel 99 leden 2, 6 en 10 Wna bepaalt echter, verkort weergegeven en voor zover hier van belang, dat de voorzitter van de kamer klachten die naar zijn oordeel kennelijk niet-ontvankelijk, dan wel kennelijk ongegrond of van onvoldoende gewicht zijn, kan afwijzen, dat tegen een dergelijke beslissing verzet kan worden gedaan bij de kamer en dat tegen de beslissing van de kamer dat het verzet ongegrond is geen rechtsmiddel openstaat.
3.2. De plaatsvervangend voorzitter heeft de klacht van klager niet ontvankelijk verklaard vanwege overschrijding van de vervaltermijn van drie jaren voor het indienen van een klacht, zulks op grond van het bepaal in artikel 99 lid 12 Wna. De kamer heeft in de bestreden beslissing het verzet ongegrond verklaard. Klager heeft in zijn beroepschrift aangevoerd dat de kamer artikel 6 EVRM heeft geschonden door zich op overschrijding van die vervaltermijn te beroepen. Klager heeft daarbij zich beroepen op het ontbreken van een
fair trialop grond waarvan het verbod om in beroep te komen, kan worden doorbroken.
3.3. Door klager is niet aannemelijk gemaakt op welke gronden het beroep van de kamer op de vervaltermijn van artikel 99 lid 12 Wna in strijd zou zijn met artikel 6 EVRM en zou leiden tot een ontbreken van een
fair trial, zodat het hof reeds om die reden aan deze stelling van klager voorbij gaat.
3.4. Op grond van het voorgaande moet klager niet ontvankelijk worden verklaard in zijn hoger beroep.
3.5. Het vorenoverwogene leidt tot de navolgende beslissing.
4. 4.
De beslissing
- verklaart klager niet ontvankelijk in zijn hoger beroep tegen de bestreden beslissing.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.L.G.A. Stille, A.D.R.M. Boumans en G. Kleykamp-van der Ben en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 12 februari 2013 door de rolraadsheer.
DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT 's-HERTOGENBOSCH
neemt de volgende beslissing over het verzetschrift inzake de klacht van [klager], hierna te noemen klager, tegen [de notaris], notaris te [vestigingsplaats], hierna te noemen de notaris.