ECLI:NL:GHAMS:2013:1137
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- G.J. Visser
- J.H. Huijzer
- J.C. Toorman
- Rechtspraak.nl
Huurrechtelijke geschil over huurovereenkomst en ontruiming van woning
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 april 2013 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende de huur van een woning. De appellant, die in de woning verbleef, stelde dat hij huurder was geworden op basis van artikel 7:269 BW, terwijl de verhuurder, Woningbouwvereniging Stadgenoot, betwistte dat er een huurovereenkomst tot stand was gekomen. De zaak volgde op een eerder tussenarrest van 19 juni 2012 en een comparitie van partijen op 16 oktober 2012. De appellant voerde aan dat hij onderhuurder was en dat hij door de verhuurder als huurder was geaccepteerd. Het hof oordeelde dat de kantonrechter terecht had vastgesteld dat de huurovereenkomst tussen de broer van de appellant en Stadgenoot per 31 januari 2007 was geëindigd. De appellant had onvoldoende bewijs geleverd voor zijn stelling dat hij onderhuurder was en dat er een nieuwe huurovereenkomst was ontstaan. Het hof concludeerde dat de grieven van de appellant niet konden slagen en dat de eerdere beslissing van de kantonrechter om de ontruiming van de woning te vorderen, terecht was. De appellant werd veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep.