ECLI:NL:GHAMS:2012:CA2587

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
6 november 2012
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
200.094.392-01 NOT
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klacht tegen notaris over uitbetaling verkoopopbrengst zonder schuldenverrekening

In deze zaak heeft klager een klacht ingediend tegen de notaris, die optrad als overdrachtsnotaris bij de verkoop van een onroerende zaak. Klager stelde dat de notaris de netto verkoopopbrengst had uitbetaald zonder te onderzoeken of er nog schulden waren die verrekend dienden te worden. De klacht werd behandeld door de kamer van toezicht, die op 15 september 2011 de klacht ongegrond verklaarde. Klager ging in hoger beroep tegen deze beslissing. Tijdens de zitting op 27 september 2012 hebben zowel klager als de notaris hun standpunten toegelicht. Het hof heeft de feiten vastgesteld zoals deze door de kamer van toezicht waren vastgesteld, aangezien partijen hiertegen geen bezwaar hadden gemaakt. Het hof oordeelde dat de notaris, op basis van de volmacht van klager, gehouden was om de opdracht van de volmachthouder, de heer [naam], uit te voeren. De notaris had op dat moment de rol van overdrachtsnotaris en was niet verantwoordelijk voor de schulden van de nalatenschap. Het hof heeft de beslissing van de kamer van toezicht bekrachtigd, waarmee de klacht van klager ongegrond werd verklaard.

Uitspraak

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
NOTARIS- EN GERECHTSDEURWAARDERSKAMER
Bij vervroeging.
Beslissing van 6 november 2012 in de zaak van:
[KLAGER],
wonende te [plaats],
APPELLANT,
t e g e n
[NOTARIS],
notaris te [plaats],
GEÏNTIMEERDE.
1. Het geding in hoger beroep
1.1. Van de zijde van appellant, verder klager, is bij een op 21 september 2011 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift – met bijlage – tijdig hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te ‘s-Hertogenbosch, verder de kamer, van 15 september 2011, waarbij de kamer de klacht van klager tegen geïntimeerde, verder de notaris, ongegrond heeft verklaard.
1.2. De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 27 september 2012. Klager en de notaris zijn verschenen en hebben het woord gevoerd; klager aan de hand van een aan het hof overgelegde pleitnota.
2. De stukken van het geding
Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.
3. De feiten
Het hof verwijst voor de feiten naar hetgeen de kamer in de bestreden beslissing heeft vastgesteld. Partijen hebben tegen de vaststelling van de feiten door de kamer geen bezwaar gemaakt, zodat ook het hof van die feiten uitgaat.
4. De standpunten van partijen
De wederzijdse standpunten blijken uit de beslissing waarvan beroep.
5. De beoordeling
5.1. Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die zijn vervat in de beslissing van de kamer, waarmee het hof zich verenigt.
5.2. Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.
6. De beslissing
Het hof:
- bekrachtigt de beslissing waarvan beroep.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.D.R.M. Boumans, J.C.W. Rang en C.P. Boodt en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 6 november 2012 door de rolraadsheer.
KLN 11.03
15 september 2011
DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT 's-HERTOGENBOSCH
neemt de navolgende beslissing op de klacht van de heer [naam], hierna te noemen klager, tegen de heer mr. [naam], notaris te [plaats], hierna te noemen de notaris.
1. De procedure
1.1 Op 18 februari 2011 heeft klager een klacht geformuleerd tegen de notaris.
1.2 De plaatsvervangend voorzitter van de kamer van toezicht heeft de zaak verwezen naar de volle kamer.
1.3 De kamer van toezicht heeft de klacht behandeld ter openbare vergadering van 21 juli 2011. Klager is verschenen. De notaris is hoewel behoorlijk hiertoe opgeroepen niet verschenen.
2. De feiten
2.1 De heer [naam] is als gevolmachtigde opgetreden voor de negen eigenaren met betrekking tot de verkoop van de onroerende zaak [adres].
2.2 De notaris heeft de uitbetaling van de verkoopopbrengst van voornoemde onroerende zaak uitbetaald op de ervenrekening.
3. De klacht en het verweer daartegen
3.1 Klager stelt, zakelijk weergegeven, het navolgende.
De notaris heeft niet onderzocht of er nog schulden waren die met de verkoopopbrengst van het pand aan [adres] moesten worden verrekend. Hij heeft vervolgens de netto verkoopopbrengst uitbetaald zonder inhouding van die schulden. Dit is in strijd met artikel 17 van de Wet op het notarisambt.
3.2 De notaris heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid op de klacht te reageren.
4. De beoordeling
4.1 Klager heeft gesteld dat de notaris de netto verkoopopbrengst van het pand aan [adres] heeft uitbetaald zonder te onderzoeken of er nog schulden verrekend dienden te worden. De notaris was echter op basis van de ook door klager afgegeven volmacht gehouden aan de opdracht van de volmachthouder, de heer [naam], een zwager van klager. Daarbij komt dat de notaris optrad als overdrachtsnotaris en niet als boedelnotaris. Een overdrachtsnotaris behandelt de overdracht van het pand en verrekent de schulden met betrekking tot het pand en niet - zoals klager in zijn pleitnotitie ter terechtzitting van 21 juli 2011 stelt - de schulden of openstaande vorderingen met betrekking tot de nalatenschap.
De kamer van toezicht is van oordeel dat de klacht ongegrond verklaard dient te worden.
5. De beslissing
De kamer van toezicht:
verklaart de klacht ongegrond.
Aldus gegeven te 's-Hertogenbosch door mr. S.J.G.N.M. Willard, plaatsvervangend voorzitter,
mr. M.A.M. Kessels, mr. M.H.G. Giesbers, leden, mr. H.G. Robers en mr. G. Pooters, plaatsvervangende leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 15 september 2011, in tegenwoordigheid van de secretaris.
Hoger beroep tegen vorenstaande beslissing is mogelijk door indiening van een verzoekschrift binnen dertig dagen na dagtekening van het aangetekend schrijven waarbij van deze beslissing is kennis gegeven - bij het gerechtshof te Amsterdam, postadres: postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.