ECLI:NL:GHAMS:2012:BY4991
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beroepsaansprakelijkheid van een verzekeringstussenpersoon bij arbeidsongeschiktheidsverzekering
In deze zaak gaat het om de beroepsaansprakelijkheid van de AVÉWÉ GROEP B.V., een verzekeringstussenpersoon, in het kader van een arbeidsongeschiktheidsverzekering. De appellant, AVÉWÉ GROEP B.V., heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Haarlem, waarin werd geoordeeld dat zij tekortgeschoten is in haar zorgplicht jegens de geïntimeerden, RACINGINFO.COM B.V. en [ geïntimeerde sub 2 ]. De rechtbank oordeelde dat AVÉWÉ niet zonder meer had mogen vertrouwen op de door de verzekeringnemer verstrekte inkomensgegevens en dat er sprake was van onzorgvuldig handelen. De rechtbank heeft AVÉWÉ veroordeeld tot schadevergoeding, te bepalen in een schadestaatprocedure.
De feiten van de zaak zijn als volgt: [ geïntimeerde sub 2 ] heeft zich in 2007 tot AVÉWÉ gewend voor advies over een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Bij de aanvraag zijn onjuiste inkomensgegevens opgegeven, die AVÉWÉ niet voldoende heeft geverifieerd. Na een periode van arbeidsongeschiktheid heeft [ geïntimeerde sub 2 ] een uitkering aangevraagd, maar Generali, de verzekeraar, heeft de verzekering opgezegd wegens de onjuiste informatie. De rechtbank heeft geoordeeld dat AVÉWÉ aansprakelijk is voor de schade die [ geïntimeerden ] hebben geleden door het onzorgvuldig advies.
In hoger beroep heeft AVÉWÉ de grieven tegen het vonnis van de rechtbank aangevoerd, maar het hof heeft de meeste grieven verworpen. Het hof oordeelt dat AVÉWÉ inderdaad tekortgeschoten is in haar zorgplicht en dat de schade voor 75% aan de geïntimeerden kan worden toegerekend. Het hof heeft de schadevergoeding vastgesteld op 25% van de door [ geïntimeerden ] geleden schade, en de overige vorderingen van AVÉWÉ zijn afgewezen. De proceskosten zijn toegewezen aan de geïntimeerden, waarbij het hof de kosten in hoger beroep heeft begroot.
Het arrest is gewezen op 9 oktober 2012 door het Gerechtshof Amsterdam en is openbaar uitgesproken. De uitspraak bevestigt de noodzaak voor verzekeringstussenpersonen om zorgvuldig om te gaan met de informatie die door cliënten wordt verstrekt, en benadrukt de verantwoordelijkheden die zij hebben in het adviseren van hun cliënten over verzekeringen.