ECLI:NL:GHAMS:2012:BW8504

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
13 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
23-004851-11
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de rechtbank Alkmaar inzake woningoverval met geweld

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 13 juni 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Alkmaar van 8 november 2011. De verdachte was beschuldigd van een woningoverval die plaatsvond op 12 mei 2011 in de gemeente Heerhugowaard. Tijdens deze overval heeft de verdachte, samen met anderen, met geweld en bedreiging een geldbedrag en andere goederen weggenomen van de slachtoffers. De tenlastelegging omvatte onder andere het vastgrijpen van de slachtoffers en het toebrengen van geweld met een flesje.

Tijdens de behandeling van de zaak in hoger beroep is gebleken dat de verdachte op 23 januari 2012 is overleden. Dit heeft geleid tot de vraag naar de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de vervolging van de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat, gelet op artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht, het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van de overleden verdachte.

Daarnaast was er een vordering van de benadeelde partij, die in eerste aanleg een schadevergoeding had gevraagd van € 3.350,-, waarvan € 500,- was toegewezen. Aangezien het openbaar ministerie niet-ontvankelijk is verklaard, kan de benadeelde partij ook niet in haar vordering worden ontvangen. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het openbaar ministerie ter zake van het ten laste gelegde niet-ontvankelijk is verklaard.

Uitspraak

parketnummer: 23-004851-11
datum uitspraak: 13 juni 2012
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Alkmaar van 8 november 2011 in de strafzaak onder parketnummer 14-810351-11 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1969],
gewoond hebbende: [adres], [woonplaats].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg van
25 oktober 2011 en op de terechtzitting in hoger beroep van 30 mei 2012.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 12 mei 2011 in de gemeente Heerhugowaard,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
A. een geldbedrag van 970 euro, althans enig geldbedrag en/of een bankpas en/of een werkpas, althans een of meer goederen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en/of
B. een geldbedrag van (ongeveer) 900 euro, althans enig geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of die [benadeelde] en/of [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- die [slachtoffer 1] hebben/heeft vastgegrepen/vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- die [benadeelde] hebben/heeft vastgepakt en/of op een bed geduwd of gegooid en/of (vervolgens) van dat bed getrokken en/of meermalen met een (bier)flesje op/tegen het hoofd en/of de rug en/of elders op/tegen het lichaam geslagen en/of geschopt en/of
- de telefoon uit de hand(en) van die [slachtoffer 2] hebben/heeft geslagen en/of die [slachtoffer 2] op een bank hebben/heeft geduwd.
Vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat het hof tot een andere beslissing komt in verband met gewijzigde omstandigheden.
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Blijkens een op 25 januari 2012 door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Alkmaar opgemaakte akte van overlijden, nr. 210081, is de verdachte op 23 januari 2012 te Alkmaar overleden. Gelet op artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht zal het hof het openbaar ministerie - met vernietiging van het vonnis waarvan beroep - alsnog niet-ontvankelijk verklaren in de vervolging van de verdachte.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 3.350,-. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 500,-. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd.
Nu het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging zal worden verklaard, kan de benadeelde partij niet in haar vordering worden ontvangen.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart het openbaar ministerie ter zake van het ten laste gelegde niet-ontvankelijk in zijn strafvervolging.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde], in haar vordering tot schadevergoeding niet-ontvankelijk.
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
- personenauto Peugeot 106 1.6 Rally, kenteken [kenteken].
Dit arrest is gewezen door de tiende meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. G.H. van Asperen, mr. P.C. Römer en mr. J.W.H.G. Loyson, in tegenwoordigheid van mr. S.M. van Zanten, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
13 juni 2012.