ECLI:NL:GHAMS:2012:4360

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 februari 2012
Publicatiedatum
23 juni 2013
Zaaknummer
200.089.131/01 NOT
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klacht tegen notaris met betrekking tot testament en nalatenschap

In deze zaak heeft klager, die zich in hoger beroep heeft gesteld, een klacht ingediend tegen de notaris. De klacht betreft de opstelling van een testament voor de zus van klager, waarin geen rekening is gehouden met haar aandeel in de nalatenschap van hun moeder. De kamer van toezicht over de notarissen te Arnhem heeft op 16 mei 2011 de klacht deels gegrond en deels ongegrond verklaard, en heeft de notaris een waarschuwing opgelegd. Klager was het niet eens met deze beslissing en heeft op 16 juni 2011 hoger beroep ingesteld.

De behandeling van de zaak vond plaats op 19 januari 2012, waarbij klager aanwezig was en zijn standpunt toelichtte aan de hand van een pleitnotitie. De notaris kon echter niet verschijnen vanwege ziekte, maar gaf aan geen bezwaar te hebben tegen een behandeling in zijn afwezigheid. Het hof heeft kennisgenomen van de stukken van de eerste instantie en de ingediende verweerschriften.

Het hof oordeelt dat het onvoldoende voorgelicht is door de notaris en besluit de behandeling van de zaak aan te houden. De griffier wordt verzocht de notaris op te roepen om alsnog ter zitting te verschijnen en het dossier mee te nemen. Klager zal ook opnieuw worden opgeroepen, en het is aan hem om te beslissen of hij ter zitting verschijnt. De beslissing van het hof houdt in dat het onderzoek wordt heropend en de behandeling wordt geschorst tot een nader te bepalen datum.

Uitspraak

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
TWEEDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER
Bij vervroeging
Beslissing van 14 februari 2012 in de zaak onder rekestnummer 200.089.131/01 NOT van:
[naam],
wonende te [gemeente],
APPELLANT,
t e g e n
[naam],
notaris te [gemeente],
GEÏNTIMEERDE.

1.Het geding in hoger beroep

1.1.
Door appellant, verder klager, is bij een op 16 juni 2011 ter griffie ingekomen verzoekschrift tijdig hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en de kandidaat-notarissen te Arnhem, verder de kamer, van 16 mei 2011. Bij deze beslissing is de klacht van klager tegen geïntimeerde, verder de notaris, deels ongegrond en deels gegrond verklaard en is aan de notaris de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
1.2.
Van de zijde van de notaris is op 31 augustus 2011 een verweerschrift ter griffie van het hof ingekomen.
1.3.
De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 19 januari 2012. Klager is verschenen en heeft aan de hand van een door hem overgelegde pleitnotitie het woord gevoerd. Van het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep is proces-verbaal opgemaakt.
1.4.
De notaris heeft op de dag van de zitting telefonisch aan de griffier laten weten dat hij wegens ziekte niet in staat was ter zitting van het hof te verschijnen. Tevens heeft de notaris meegedeeld er geen bezwaar tegen te hebben dat de zaak buiten zijn aanwezigheid zou worden behandeld.

2.De stukken van het geding

Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.

3.Het standpunt van klager

Klager kan zich niet vinden in het oordeel van de kamer betreffende zijn verwijt aan de notaris dat deze voor de zus van klager een testament heeft opgemaakt waarin geen rekening is gehouden met haar aandeel in de nalatenschap van haar en klagers moeder.

4.De beoordeling

4.1.
Het hof acht zich in de onderhavige zaak onvoldoende voorgelicht van de zijde van de notaris. Dit geeft het hof aanleiding om de behandeling van de zaak aan te houden en de griffier te verzoeken de notaris op te roepen ten einde de notaris in de gelegenheid te stellen alsnog ter zitting te verschijnen. Het hof verzoekt de notaris ter gelegenheid daarvan het dossier waarop de klacht betrekking heeft mede te nemen.
4.2.
Klager zal door de griffier eveneens opnieuw worden opgeroepen. Het is aan klager om al dan niet ter zitting te verschijnen.
4.3.
Het vorenoverwogene leidt tot de volgende beslissing.

5.De beslissingHet hof:

- heropent het gesloten onderzoek en schorst het onmiddellijk tot de nader te bepalen datum waarop de behandeling zal worden voortgezet;
- verzoekt de griffier klager en de notaris op te roepen voor de openbare terechtzitting van deze kamer van 26 april 2012, de notaris onder het verzoek tot medebrenging van het dossier waarop de klacht betrekking heeft, ten einde aan het hof de nodige inlichtingen te verstrekken;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.D.R.M. Boumans, A.M.A. Verscheure en C. Boodt, en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 14 februari 2012 door de rolraadsheer..